Mijn naam Lisan Broekhuis en ik ben sinds 1 november 2020 aangesteld als FWO-aspirant. Ik kom uit Nederland, maar heb mijn volledige studie aan Universiteit Antwerpen gevolgd. Tijdens mijn bachelor- en masterscriptie heb ik mijn passie voor onderzoek naar meertaligheid ontdekt en ik ben dan ook blij dat ik mij hier tijdens mijn doctoraat, met prof. dr. Dominiek Sandra als promotor, verder in mag verdiepen.
Kunnen meertaligen talen “uitschakelen”?
In mijn doctoraatsonderzoek worden meertaligen (Nederlandstaligen met kennis van het Engels en Frans) getest op twee soorten woorden: cognaten en interlinguale homografen. Cognaten zijn woorden die in twee talen bestaan en dezelfde betekenis hebben, zoals het Nederlands-Engelse “water” en het Engels-Franse “animal”. Interlinguale homografen zijn woorden die ook in twee talen bestaan, maar met verschillende betekenissen, zoals de Nederlands-Engelse interlinguale homograaf “fee” en het Engels-Franse “pain”.
Meertalige participanten moeten in Engelstalige reactietijdexperimenten telkens voor een letterreeks bepalen of het een bestaand Engels woord is of niet. Eerder onderzoek, zo ook mijn masterscriptie, heeft aangetoond dat meertaligen in dit soort experimenten sneller een Nederlands-Engels cognaat (“water”) als Engels woord herkennen dan een woord dat alleen in het Engels bestaat (bv. “movie”). Voor interlinguale homografen is precies het tegenovergestelde gevonden: meertaligen reageren trager op het Nederlands-Engelse “fee” dan op het puur Engelse “mud”; mogelijk veroorzaken de twee betekenissen van “fee” verwarring. De verschillen in reactietijden voor woorden die in één taal voorkomen en woorden die in twee talen voorkomen, suggereren dat de talen die een meertalige kent tegelijkertijd geactiveerd zijn. Kortom: als je in het Engels leest, kan je niet het Nederlands en het Frans even “uitschakelen” om je op het Engels te focussen.
Verfijning van eerder onderzoek
Of toch wel? Alle studies over cognaten en/of interlinguale homografen die tot op heden zijn uitgevoerd, vertonen tenminste één van de volgende twee problemen: 1) ze presenteren woorden die in de moedertaal bestaan, maar mogelijk verwerken meertaligen hun moedertaal op een heel andere manier dan andere talen; 2) ze presenteren de woorden in isolatie, terwijl we in het dagelijks leven meestal woorden in zinnen lezen.
Mijn onderzoek vermijdt deze problemen door gebruik te maken van Engels-Franse cognaten en interlinguale homografen, dus woorden die niét in de moedertaal bestaan, en door deze niet alleen in isolatie te presenteren, maar ook in zinnen. Op deze manier krijgen we meer inzicht in wat er gebeurt wanneer meertaligen een tekst in één taal lezen: blijft hun kennis van alle talen geactiveerd, of kunnen ze toch talen “uitschakelen”?