Virtueel cultuuraanbod tijdens coronacrisis was groot succes, maar publiek snakt naar heropstart

Ook de cultuursector ontsnapte niet aan het coronavirus. Concerten werden afgelast, cultuurhuizen en musea sloten hun deuren. De sector reageerde snel en schakelde massaal over op online alternatieven. Annick Schramme en Nathalie Verboven werkten mee aan een grootschalig publieksonderzoek naar de impact van de coronacrisis op de cultuurbeleving. Keert de Vlaming terug naar de zalen, of heeft men een blijvend alternatief ontdekt in het online aanbod?

De studie werd opgezet door Publiq, het Kenniscentrum Cultuur- en Mediaparticipatie (UGent-VUB), het Kenniscentrum Cultuurmanagement en Cultuurbeleid (UAntwerpen) en museumPASSmusées. Het eerste luik bestond uit een kwantitatieve survey, waar zo’n 13 000 personen aan deelnamen. UAntwerpen focuste op het kwalitatieve luik, en organiseerde drie digitale focusgroepen met actieve cultuurparticipanten.

We waren aangenaam verrast door de respons. Voor enquêtes is het een gouden tijd: mensen in quarantaine hebben meer tijd om deel te nemen.

Cultuur op het scherm

Op het moment dat de coronamaatregelen in de cultuursector ingang vonden, schoten de online alternatieven als paddenstoelen uit de grond. Veel respondenten proefden van het virtuele aanbod en waren op zich best tevreden. Toch was de ervaring niet dezelfde. Deelnemers misten vooral het sociale aspect, het samen een pintje drinken na het theater.

De virtuele museumervaring kwam er wel nog positief uit. Museumbezoeken zijn voor velen een individuele ervaring, een moment van verstilling. En virtueel kan je dichterbij de kunst komen dan ooit, door bijvoorbeeld in te zoomen op een schilderij.

Een concert in de woonkamer kon dan weer minder goed tippen aan de live vertoning in een volle zaal. Anderzijds vonden jonge ouders het wel fijn om concerten bij te wonen die ze anders niet kunnen zien zonder een babysit te zoeken. Ook ouderen en mindervaliden die zich moeilijker kunnen verplaatsen, genoten van het brede online aanbod, en gaan dat ook na de coronacrisis blijven doen.

Online cultuur blijkt een antwoord te bieden op een aantal praktische drempels en laat toe om nieuwe dingen te ontdekken.

Jong versus oud

Uit het onderzoek kwamen ook enkele demografische verschillen naar boven. Oudere mensen zijn doorgaans voorzichtiger en willen enkel terugkeren naar de cultuurhuizen als alle veiligheidsmaatregelen getroffen worden, of zelfs pas als er een vaccin is.

Jongere mensen daarentegen zijn sneller geneigd om opnieuw fysiek aan cultuurbeleving te doen. Die groep mist het sociale aspect, en hecht veel belang aan ‘er eens gezellig uit zijn’. De online alternatieven blijken daarvoor ontoereikend. Ze spenderen bovendien al een groot deel van hun dag voor een scherm, en hunkeren vooral naar offline ontspanning – lezen, sporten of naar de radio luisteren.

Tot slot valt op dat ook heel wat kinderen participeerden, alleen of samen met hun ouders. Mogelijk was dit een interessante manier om hen tijdens de lockdown bezig te houden. Bij kinderen onder twaalf jaar valt vooral de populariteit van theater en voorleessessies op.

Virtuele cultuurkloof

Ook de mate van cultuurparticipatie speelde een rol de afgelopen maanden.

Zij die voor de crisis al actief cultuur beleefden, vonden makkelijk hun weg naar de virtuele alternatieven. Die groep is ook bereid om daarvoor te betalen, zij het minder dan voor de ‘real deal’. Tegelijkertijd stelden we vast dat zij die niet actief met cultuur bezig waren, er nu ook hun weg niet naar vonden. De culturele kloof werd dus in zekere zin bestendigd.

Ook opvallend was dat de virtuele cultuurbeleving lokaal bleef. In principe kon je tijdens de lockdown met één klik een opera volgen in Parijs of Milaan. Toch zochten de meesten het dichter bij huis. Mogelijk speelde het grote aanbod daar in mee.

Kwaliteit boven kwantiteit

Stilaan start het cultuur- en vrijetijdsleven weer op. Het publiek snakt naar de heropstart van het reguliere aanbod. Toch zijn de digitale alternatieven here to stay. Omdat het aanbod van webinars, live sessies… zo groot is geworden, zal de sector creatief moeten omgaan met het aanbieden van content. Louter een camera ergens op richten, zal niet volstaan.

We zijn ervan overtuigd dat de cultuursector in de toekomst richting hybride businessmodellen zal moeten gaan. Zeker de podiumkunsten, als ze de eigen inkomsten wil handhaven. Meer dan ooit zullen de huizen stappen moeten nemen om het aanbod te blijven innoveren en verbeteren.

Het is een thema dat in de masteropleiding cultuurmanagement ook aan bod komt. In hun masterproef kunnen studenten bepaalde urgente onderwerpen verder exploreren, zoals publieksonderzoeken, duurzame businessmodellen, partnerships enzovoort. Ze werken daarvoor nauw samen met de culturele huizen en geven zo mee vorm aan de toekomstvisie van de Vlaamse cultuursector.

Een Engelstalige versie van dit artikel vind je op de blog van de Faculteit Bedrijfswetenschappen en Economie. Het volledige onderzoeksrapport vind je hier.