SeniorenThuis: solidair samenleven met en voor ouderen in kwetsbare situaties

Auteur: deze tekst werd geschreven door Liese Herdewyn, medewerker bij PSC Open Huis, met erkenning voor het werk en de betrokkenheid van mede-projectmedewerker Tom Verswijvel, en van het volledige team: Bart Van Eeckhoven, Eric Joris en Ines Quireyns.

Inleiding

De vergrijzing versnelt. Naar verwachting zal tegen 2050 meer dan een kwart van de Belgische bevolking ouder zijn dan 65 jaar (EUROCARERS, 2025). Voor Vlaanderen betekent dit dat tegen 2040 zo’n half miljoen ouderen alleen zal wonen (Zorgnet-Icuro, 2021). Dat heeft verstrekkende gevolgen: alleen wonen verhoogt het risico op eenzaamheid en doet de vraag naar formele zorg toenemen, zeker wanneer mantelzorg ontbreekt. Vooral ouderen met een laag inkomen, een beperkt sociaal netwerk en beginnende zorgnoden vallen vaak tussen de mazen van het bestaande aanbod. De klassieke antwoorden – woonzorgcentra, assistentiewoningen, thuiszorg – bieden niet altijd een passend antwoord. Woonzorgcentra zijn vaak grootschalig en nemen regie uit handen, assistentiewoningen zijn financieel onhaalbaar voor velen en thuiszorg helpt praktisch, maar doorbreekt sociaal isolement nauwelijks.

PSC Open Huis, een Antwerpse Vereniging Waar Armen het Woord Nemen en erkend als Expertisecentrum Eenzaamheid door Stad Antwerpen, biedt daarom het concept SeniorenThuis: een alternatief woonmodel dat inzet op nabijheid, solidariteit en autonomie, gericht op de leefwereld van ouderen zelf.

Wonen op mensenmaat

SeniorenThuis is een kleinschalige vorm van cohousing waarin ouderen zelfstandig wonen in een (sociale) woning. Elke bewoner heeft een eigen appartement met leef- en slaapruimte, keuken en badkamer. Daarnaast zijn er gemeenschappelijke plekken zoals een zithoek, tuin of ontmoetingsruimte, waar ze bij kunnen praten of gewoon kunnen genieten van elkaars gezelschap. Ze nemen zoveel mogelijk zelf beslissingen over hun manier van samenleven, en tegelijk is er ruimte voor overleg, gedeeld initiatief en kleine gewoontes die spontaan ontstaan: een gezamenlijk maandelijks spaarpotje, hulp bij een doktersbezoek, verjaardagen vieren of een feest rond de kerstboom.

Deze eenvoud maakt in de praktijk een wereld van verschil. Alleen wonen betekent hier niet langer alleen zijn. Bewoners ervaren meer rust, verbondenheid en een groter gevoel van veiligheid – niet omdat er permanent professionele zorg aanwezig is, maar omdat er iemand nabij is om te luisteren of een handje te helpen.

Hoe werkt het in de praktijk?

SeniorenThuis richt zich op kwetsbare ouderen wier zorgbehoefte is toegenomen. Het gaat vaak om beginnende of wisselende zorgnoden, zoals herstel na een operatie, valincidenten of mobiliteitsproblemen, die in combinatie met een beperkt sociaal netwerk het niet langer veilig of haalbaar maken om alleen te wonen.

Onze aanpak berust op twee pijlers. Enerzijds brengen we bij de start of verhuis samen met bewoners hun individuele zorg- en ondersteuningsnoden in kaart (thuisverpleging, gezinszorg, poetshulp, maaltijden aan huis, enzovoort) en helpen we dit praktisch te organiseren en op te volgen. SeniorenThuis levert de zorg niet zelf, maar fungeert als brug naar zorgpartners en het bredere netwerk. Anderzijds zorgt het samenleven zelf voor een buffer van onderlinge hulp. Dat kan gaan van alledaagse dingen, zoals boodschappen doen en een oogje in het zeil houden, tot het bieden van fysieke en emotionele veiligheid bij kleine zorgen en grote (on)gelukken.

Daarbovenop begeleiden we het groepsproces. Via overlegmomenten, gezamenlijke activiteiten en conflictbemiddeling ondersteunen we bewoners om een warme, duurzame dynamiek uit te bouwen.

De kracht van de tussenruimte

Door die combinatie ontstaat er een tussenruimte: bewoners kunnen langer zelfstandig blijven, zonder meteen naar een woonzorgcentrum of assistentiewoning te moeten verhuizen. Voor wie onvoldoende middelen heeft, kan dit ook maatschappelijke kosten drukken, terwijl het tegelijk levenskwaliteit, verbondenheid en eigen regie verhoogt.

Onderzoek toont bovendien dat sociaal contact en participatie beschermend werken tegen cognitieve achteruitgang en eenzaamheid (Cunha et al., 2024; Fowler Davis et al., 2024). Dat kan de zorgnoden helpen vertragen, bijvoorbeeld door een trager verloop van dementie of minder klachten gerelateerd aan depressie.

Voor sommige bewoners wordt SeniorenThuis zelfs meer dan een tussenstap: het kan de plek zijn waar zij hun laatste levensjaren doorbrengen, omringd door vertrouwde gezichten in een huiselijke omgeving. Die mogelijkheid biedt rust en continuïteit. Maar we blijven wel realistisch: bij zwaardere zorgnoden, bijvoorbeeld vergevorderde dementie of intensieve medische zorg, is een verhuis naar gespecialiseerde zorg onvermijdelijk. SeniorenThuis verlengt de periode van zelfstandig wonen, maar vervangt residentiële zorg in een latere fase niet.

Werkbaar model in verschillende vormen

De rol van PSC Open Huis verschilt per locatie. Bij nieuwe of recent gerenoveerde panden zijn we betrokken van bij de start: van het vinden van kandidaat-bewoners tot het afstemmen met zorgpartners. Bij bestaande groepen ligt de focus vaker op het versterken van de groepsprocessen. Die veelzijdige ervaring zetten we ook beleidsmatig in: samen met lokale besturen, woonmaatschappijen en eigenaars onderzoeken we hoe een SeniorenThuis-initiatief in een specifieke context kan groeien. Zo slaan we de brug tussen ideeën op de tekentafel en de werkelijkheid van duurzaam samenleven.

Vandaag bestaan er projecten in Arendonk (met De Noorderkempen), Borgerhout (met Woonhaven),  en Turnhout (met Woonboog). Daarnaast lopen er verkennende gesprekken in Kontich en Mol. Elk project is uniek en afgestemd op de lokale situatie. Sommige richten zich uitsluitend op ouderen, andere zijn intergenerationeel. We streven ernaar de seniorengroep bewust klein te houden – meestal vier tot zes ouderen – om verbondenheid, veiligheid en participatie te garanderen.

Waar praktijk en beleid elkaar kruisen

Het SeniorenThuis-model toont zijn meerwaarde, maar de uitrol stoot nog op structurele drempels:

  • Toewijzingsregels laten weinig ruimte voor een voorbereidend traject. In cohousing is het nochtans essentieel dat bewoners elkaar leren kennen en engagement kunnen opbouwen. Binnen de Proefomgeving experimentele woonvormen wordt daar wel ruimte voor gemaakt, maar structurele verankering ontbreekt.
  • De rechtspositie van bewoners is onduidelijk. Er bestaat geen helder kader om in te grijpen bij ernstige conflicten of grensoverschrijdend gedrag. Dat ondermijnt het welzijn van de groep en het vertrouwen in het model.
  • Financiering van begeleiding is onzeker. PSC Open Huis ontvangt subsidies voor 2024–2026, maar structurele verankering ontbreekt, terwijl groepsbegeleiding tijd en continuïteit vraagt.

Deze obstakels zijn geen details, maar raken aan de kern van ons woon- en zorgbeleid: kiezen we voor individualisering en efficiëntie, of maken we meer ruimte voor verbinding en gedeelde leefvormen?

Tijd voor keuzes

Als we echt willen inzetten op langer zelfstandig wonen, op vermaatschappelijking van de zorg en op het bestrijden van eenzaamheid onder ouderen, dan moeten we cohousingmodellen zoals SeniorenThuis niet langer als alternatief beschouwen, maar erkennen als volwaardige vorm van huisvesting.

SeniorenThuis werkt omdat het vertrekt vanuit vertrouwen in mensen en hun vermogen om een gemeenschap op te bouwen. Het werkt omdat zorg, zelfstandigheid en solidariteit hand in hand gaan, juist bij wie dat vaak het minst vanzelfsprekend lijkt. Als we daar structureel werk van maken, dan bouwen we aan meer dan woningen. Dan bouwen we aan een samenleving waarin ouder worden geen probleem is, maar een gedeeld verhaal.

Meer weten?

We maakten een korte video die een inkijk geeft in het dagelijks leven binnen een SeniorenThuis. Daarnaast bundelden we onze expertise verzameld in een overzichtsdocument.

Voor meer informatie over lopende en nieuwe projecten kan u terecht bij onze projectmedewerkers: Tom Verswijvel (+32 478 29 30 67, tom@psc-antwerpen.be) en Liese Herdewyn (+32 489 42 15 00, liese@psc-antwerpen.be).

Met dank aan onze partners:

Referenties

Cunha, C., Rodrigues, P., Voss, G., Martinez-Pecino, R., & Delerue-Matos, A. (2024). Association between formal social participation and cognitive function in middle-aged and older adults: a longitudinal study using SHARE data. Neuropsychology, development, and cognition. Section B, Aging, neuropsychology and cognition31(5), 932–955. https://doi.org/10.1080/13825585.2024.2315769.

EUROCARERS. (2025). Towards carer-friendly societies. Eurocarers country profiles – Belgium. Geraadpleegd via https://eurocarers.org/country-profiles/belgium/

Fowler Davis, S., Benkowitz, C., Holland, C., Gow, A., & Clarke, C. (2024). A Scoping Review on the Opportunities for Social Engagement and Cognitive Frailty in Older Adults. Public health reviews45, 1606494. https://doi.org/10.3389/phrs.2024.1606494.

Zorgnet-Icuro. (2021). Een ouder wordende samenleving. Geraadpleegd via https://www.zorgneticuro.be/verkiezingen-2024-de-context/1-een-ouder-wordende-samenleving

Afbeelding: PSC Open Huis