UAntwerpen werd verkozen tot op een na beste werkgever in de socialprofitsector tijdens de Randstad Employer Brand Awards. Een mooie erkenning voor onze universiteit, al wil het Departement Personeel en Organisatie vooral onze meer dan 6000 werknemers bedanken. “Zij zijn onze voornaamste ambassadeurs”, klinkt het.
Met de Employer Brand Awards onderzoekt HR-dienstverlener Randstad jaarlijks welke bedrijven als meest aantrekkelijke werkgever worden beschouwd. Daarmee gaat het niet over een nacht ijs: het onderzoek wordt gevoerd in 31 landen bij bijna 6000 bedrijven en 163 000 respondenten, geselecteerd volgens een doorsnee steekproef uit de populatie.
Onze universiteit mocht de award in ontvangst nemen tijdens een ceremonie op 12 mei in Kinepolis Antwerpen. In de uitnodigingsmail werd subtiel aangegeven dat de kans op een podiumplaats groot was. “Er werd lichtjes aangedrongen op onze komst”, lacht Marjolijn De Clercq, domeincoördinator Talent Management.
UAntwerpen behaalde een knappe tweede plaats in de categorie social profit, na Handicap International. Daarmee liet het de KU Leuven en UGent achter zich, die respectievelijk op de derde en de vierde positie eindigden. Onze universiteit is winnaar voor het criterium ‘jobinhoud’ en belandde ook in de top drie voor ‘werksfeer’, ‘loon en voordelen’ en ‘financiële gezondheid’. De top drie van de commerciële bedrijven werd ingenomen door VRT, Pfizer en Mediahuis.
Employer branding: investering op lange termijn
“Een Employer Brand kan je omschrijven als het imago dat een bedrijf uitstraalt naar de eigen werknemers, sollicitanten en de maatschappij”, verduidelijkt Karen Vandevelde, departementshoofd Personeel & Organisatie. “Cruciale criteria die de aantrekkelijkheid van een werkgever in de non-profitsector bepalen zijn werksfeer, werkzekerheid, loon en voordelen, werk-privébalans, de ligging van de werkplek en maatschappelijk verantwoord ondernemen.”
Werkgevers kunnen ook actief aan hun ‘brand’ werken. “Sterke communicatie, bijvoorbeeld bij werving en selectie, en maatschappelijke zichtbaarheid kunnen het imago verder versterken. Maar ook mond-tot-mondreclame van de eigen medewerkers is heel belangrijk”, legt Karen uit. Employer branding is niet alleen een kwestie van marketing, maar een investering op lange termijn. Het verhaal erachter moet kloppen, beklemtoont Karen: “Vergelijk het met een laagje glazuur bovenop een taart: als de taart zelf niet goed smaakt, doe je daar meer kwaad dan goed mee. Als universiteit willen we dat onze medewerkers doorheen hun hele loopbaan tevreden zijn over de werksfeer, hun loon en hun loopbaankansen en een sterk engagement voelen voor onze universiteit.”
Dat UAntwerpen voor het criterium ‘werksfeer’ nagenoeg bovenaan eindigde, is een mooie opsteker. “De werksfeer is ongetwijfeld een van de sterke punten aan onze universiteit”, zegt Astrid Van Doren, stafmedewerker Werving & Selectie. “Welke job je ook uitoefent, je komt met een diversiteit aan mensen en meningen in contact. Dat is een grote meerwaarde. Bovendien heerst er een informele sfeer, waarbij je snel de weg vindt naar andere collega’s.”
Andere sterke troeven van onze universiteit zijn volgens het team het fijne werkklimaat, met onder meer een groot aantal vakantiedagen en thuiswerkmogelijkheden, en het brede opleidingsaanbod met ook aandacht voor loopbaanbegeleiding. “Verder onderscheiden we ons ook als warme werkgever. Als het een keer minder goed gaat, is er ook ondersteuning”, vult Marjolijn aan.
“Energetische werkomgeving”
De Britse professor Suzie Thomas, die vorig jaar in september aan de slag ging op het Departement Erfgoedstudies, is om meer dan een reden blij met haar keuze voor UAntwerpen. Voordien werkte ze aan de Universiteit van Helsinki, waar ze het uitstekend naar haar zin had. “Maar toen kwam er het aantrekkelijke aanbod om professor te worden op het Departement Erfgoedstudies en mee het nieuwe masterprogramma uit de grond te stampen. Ik heb wekenlang getwijfeld, maar dan toch de sprong gewaagd. De Universiteit Antwerpen kende ik niet, maar dat het een jonge universiteit was, intrigeerde me. Ik was benieuwd hoe het zou zijn om in een organisatie te werken die niet het gewicht van een eeuwenoude traditie met zich meedraagt. Ik hoopte dat je zo gemakkelijker zou kunnen vernieuwen en dat is ook gebleken: de werkomgeving voelt een stuk energetischer dan wat ik gewend was.”
“De manier waarop ik als internationale nieuwkomer werd onthaald door het International Staff Office is zonder meer fantastisch. Ook de sfeer onder de collega’s is heel fijn. Iedereen is open en ondersteunend, zonder onderlinge competitie.”
Professor Suzie Thomas – Departement Erfgoedstudies
Haar eerste academiejaar ervaart ze als erg positief. “De manier waarop ik als internationale nieuwkomer werd onthaald door het International Staff Office is zonder meer fantastisch. Ook de sfeer onder de collega’s is heel fijn. Iedereen is open en ondersteunend, zonder onderlinge competitie. Ik ervaar geen hiërarchische sfeer. Leuk is ook dat er teambuildingdagen en uitstappen worden georganiseerd om elkaar beter te leren kennen.”
Dat ze pal in het centrum van Antwerpen werkt, is meegenomen. “Mijn kantoor is in het prachtige gebouw in de Blindestraat, waar ook studenten les hebben. Er is altijd leven in de brouwerij.”
War for talent
In tijden van schaarste op de arbeidsmarkt is het belangrijker dan ooit om als universiteit een sterk werkgeversmerk neer te zetten. “We zitten in een war for talent. Als je dan een aantrekkelijk werkgeversmerk hebt, betekent dat zeker een streepje voor”, zegt Marjolijn.
Het Departement Personeel & Organisatie doet dan ook voortdurend inspanningen om op een positieve manier naar buiten te komen. Astrid: “Bij het verspreiden van vacatures bijvoorbeeld maken we duidelijk waar we als werkgever voor staan, onder meer via getuigenissen van werknemers op onze jobsite. Zo ook op onze sociale media: op LinkedIn maken we niet alleen vacatures bekend, maar berichten we bijvoorbeeld ook over baanbrekend onderzoek en grote evenementen. Ook op de klassieke media komen we de laatste jaren steeds vaker in beeld met onze onderzoeksprojecten. Dat draagt eveneens bij tot een sterk employer brand.”
Ook contacten met sollicitanten zijn een moment bij uitstek om een positief beeld van onze universiteit uit te dragen. “Elke kandidaat krijgt persoonlijke feedback”, zegt Eva, Recruitment & Selection officer. “We proberen iedereen erkenning te geven en advies te bieden dat hen kan helpen bij volgende sollicitaties, ook kandidaten die de job uiteindelijk niet aangeboden krijgen. Daarbij dragen we inclusiviteit en diversiteit hoog in het vaandel. Zo bieden we aan elke sollicitant aan om indien nodig tegemoet te komen aan extra noden gelinkt aan een functiebeperking, zodat bijvoorbeeld ook een persoon met een autismespectrumstoornis helemaal in zijn kracht kan staan tijdens het gesprek. Soms is die kandidaat bijvoorbeeld geholpen met extra tijd.”
“Vanaf eerste dag welkom gevoeld”
Die ondersteunende houding ondervond ook Hadi Sultan, dossierbeheerder op de Dienst Financiële Operaties. “Ik ben zeven jaar geleden als vluchteling vanuit Syrië in België terechtgekomen. Toen ik vier jaar geleden solliciteerde voor deze job, was mijn gesproken Nederlands nog niet zo goed. Ik was dan ook erg zenuwachtig voor het gesprek. Ons diensthoofd merkte dat en heeft me toen echt gerustgesteld, zodat de sollicitatie vlot verliep.”
Ook zijn collega’s vingen hem uitstekend op. Hadi: “Ze gaven me vanaf de eerste dag het gevoel welkom te zijn en hielpen mij met plezier als ik eens een woord of uitdrukking niet begreep. En ze knoopten regelmatig een gesprekje aan, zodat mijn Nederlands snel verbeterde.” Vandaag is hij nog altijd heel blij met zijn job en zijn collega’s. Na de werkuren treffen ze elkaar al eens voor een wandeling of een partijtje badminton. “Ik heb me hier vanaf het begin op m’n gemak gevoeld en word gewaardeerd voor m’n werk. Dat is veel waard”, besluit hij.
“Ook contacten met sollicitanten zijn een moment bij uitstek om een positief beeld van onze universiteit uit te dragen. Elke kandidaat krijgt persoonlijke feedback. We proberen iedereen erkenning te geven en advies te bieden dat hen kan helpen bij volgende sollicitaties, ook kandidaten die de job uiteindelijk niet aangeboden krijgen.”
Eva – Recruitment & Selection officer bij Departement Personeel en Organisatie
Geen betere ambassadeurs dan tevreden werknemers. Astrid beklemtoont dat de award de verdienste is van elke collega. “Als wij een positief imago hebben, is dat doordat elke werknemer dat beeld uitdraagt binnen en buiten de universiteit. Ik doe dan ook een warme oproep om dat te blijven doen. De kracht van een netwerk van meer dan 6000 mensen is niet te onderschatten en zorgt ervoor dat we ook voor nieuwe vacatures sollicitanten kunnen blijven aantrekken.”
Tonen wie we zijn
Iedereen die met onze universiteit in contact komt, krijgt onvermijdelijk een bepaalde indruk mee van UAntwerpen als werkplek. Te beginnen met studenten die hun assistenten of professoren zien lesgeven, of die geholpen worden op een administratieve dienst. Eva is daar een mooi voorbeeld van. “Ik heb zelf gestudeerd aan UAntwerpen en vond het altijd een fijne omgeving. Dat heeft mij er mee toe bewogen om hier te solliciteren”, vertelt ze. Ook onderzoekers staan vaak in nauw contact met externe organisaties of bedrijven, en dragen zo mee het imago van UAntwerpen uit.
Werken aan een sterk employer brand is een blijvend aandachtspunt. In de toekomst wil het team nog sterker inzetten op storytelling, onder meer op sociale media. Astrid: “We willen meer met videomateriaal gaan werken, zodat we met levendige en visuele verhalen naar buiten kunnen komen. We denken dan bijvoorbeeld aan sprekende beelden van de vele mooie werkplekken op onze campussen.” Daarnaast willen ze informatie samenbrengen rond werken en leven aan onze universiteit, om specifiek internationale onderzoekers aan te trekken.
“En natuurlijk gaan we deze award aangrijpen om voor een keer eens wat minder bescheiden naar voor te treden. We mogen fier zijn op wat we met alle collega’s samen verwezenlijken. Deze onderscheiding is een gelegenheid om te tonen wie we zijn”, besluit Marjolijn.