Op 6 juli is het een jaar geleden dat er een hevige brand uitbrak in het Hof van Liere. Hoe ver staan de herstelwerken? En hoe zullen de heringerichte kantoorverdiepingen eruit zien? “We kiezen voor een eigentijdse invulling met meer licht, meer ontmoetingsmogelijkheden en voldoende flexplekken”, klinkt het.
Het hart van onze universiteitsgemeenschap bloedde toen op 6 juli 2022 een brand het dak en de bovenverdieping van het bijna honderd jaar oude B-gebouw in de as legde. Naast de enorme materiële schade was ook de impact op de dagelijkse werking groot: de Faculteit Bedrijfswetenschappen en Economie (FBE) moest hals over kop op zoek naar nieuwe huisvesting. Maar ook de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte (FLW) moest verhuizen: door de urenlange bluswerken had het aanpalende D-gebouw immers aanzienlijke waterschade opgelopen.
Een jaar later liggen de getroffen gebouwen er leeg en desolaat bij. “Op dit moment zijn alle verdiepingen ontdaan van hun vloer-, wand- en plafondbekleding”, zegt Lieven Willems, departementshoofd Infrastructuur. “De komende maanden maken we het betonskelet van gebouw S.B conform aan de hedendaagse normen. Vanaf het najaar gaan we de binnenruimtes stelselmatig weer inrichten, te beginnen in gebouw S.D.” Met een beetje geluk is die vleugel klaar tegen de lesvrije week in februari 2024, al is die timing onder voorbehoud. Gebouw S.B zal pas later afgewerkt zijn. Daar zullen eerst de onderste drie verdiepingen worden aangepakt: het definitieve dak en de afwerking van de bovenste twee verdiepingen volgen later.
Naar een nieuw kantoorconcept
In tussentijd vonden FBE en FLW onderdak bij Brain Embassy, een coworkingruimte in de Theaterbuilding aan de Italiëlei. Een noodoplossing, al voelt het lichte en eigentijdse kantoorlandschap niet meteen als een straf. “Toen we in het najaar samen met het Departement Infrastructuur en het interieurarchitectenbureau begonnen te brainstormen over de nieuwe inrichting, hebben we ons door Brain Embassy laten inspireren. We hebben ons bewust losgemaakt van wat er vroeger was om de ruimte optimaal te hertekenen”, zegt Tinne Borremans, faculteitsdirecteur FBE.
De statische werkomgeving met vaste werkplekken zal plaats maken voor een flexibeler en modern systeem met veel ontmoetingsplekken, een aangename lounge, coworkingspace, te reserveren flexplekken en individuele kantoren. Tinne: “Naargelang de taak die je wil uitvoeren, kan je kiezen waar je gaat zitten. Zo leer je elkaar beter kennen. Ook de strikte opdeling per departement verdwijnt, zodat er meer ruimte is voor toevallige ontmoetingen. Dat komt de dynamiek ten goede.”
Toch blijft er ook keuzevrijheid, beklemtoont Virginie Coucke, faculteitsdirecteur FLW. “Je kan kiezen of je in een aparte ruimte dan wel aan een lange tafel gaat zitten. En werknemers van FLW die vier of vijf dagen per week naar kantoor komen, zullen nog altijd een vaste werkplek kunnen krijgen.”
In de vernieuwde gebouwen zal er ook meer daglicht zijn, met glaspartijen in plaats van de traditionele binnenmuren. Dat maakt de werkomgeving aantrekkelijker en leidt tot meer sociale interactie, doordat je in een oogopslag ziet wie waar zit. Al zal er in de individuele kantoren ook met doorschijnende raamfolie worden gewerkt, zodat de privacy gegarandeerd blijft.
De samenwerking met het architectenbureau verliep heel vlot. “Het eerste voorstel bleek meteen een schot in de roos. Ze hadden als het ware onze gedachten gelezen”, lacht Tinne.
Redden wat er te redden valt
Een jaar geleden had niemand verwacht dat de herstelwerken zo lang zouden duren. Het is dan ook al een lang traject met veel onvoorspelbare factoren gebleken. Alleen al het herbergen van de door de brand gespaarde spullen nam weken in beslag. “Die eerste periode was het alle hens aan dek om te redden wat er nog te redden viel, zoals boeken, meubilair en ICT-materiaal”, blikt Lieven terug. “De gangen stonden op de duur vol paletten met dozen. Al dat materiaal belandde in een magazijn in de Stijfselrui.” Het recupereren van al die spullen was een onderneming op zich. Virginie: “Kort na de brand mochten we onder begeleiding onze persoonlijke bezittingen uit de getroffen kantoren gaan halen, later konden we een afspraak maken om onze werkspullen uit het magazijn in de Stijfselrui terug te krijgen en te sorteren. Voor dat alles konden we terecht bij logistiek medewerker Wesley Thys, die het allemaal prima organiseerde.”
Alle weggehaalde boeken voor de duur van de herstelwerken stockeren was niet haalbaar. “Onze professoren hebben dan ook noodgedwongen ‘grote kuis’ gedaan en van het merendeel van hun boeken afscheid genomen. Een hele opoffering”, vertelt Tinne.
Om alles in goede banen te leiden werd al kort na de brand gestart met een brandcoördinatievergadering, die twee keer per week werd georganiseerd. Lieven: “Naast de betrokken faculteiten en departementen waren daar ook de Juridische Dienst, de Communicatiedienst, de Bibliotheek, de Preventiedienst en ICT aanwezig. Op die manier konden we iedereen goed ingelicht houden en kort op de bal spelen.”
Verwacht het onverwachte
Het voorbije jaar is enorm veel werk verzet. Toch is de eigenlijke heropbouw nog niet gestart. “Dat kan ook niet anders, want bij elke stap moet er een consensus gevonden worden tussen advocaten en experten van een tiental partijen, de gerechtsdeskundige, de domeindeskundige enzovoort. Een wereld met een heel eigen dynamiek en ritme die voor ons helemaal nieuw was”, vertelt Lieven.
Dat er in dossiers van deze aard onverwachte zaken opduiken, is volkomen normaal. Lieven: “Het is voortdurend bijsturen. Zo was er in het begin overeengekomen dat we in gebouw S.B alleen de binnenwanden zouden verwijderen. De vloeren konden blijven. Maar later stelden we vast dat het zandbed waarop de vloeren lagen, nog altijd kletsnat was door het bluswater. Daarop hebben we beslist om bijkomend het hele vloerpakket te verwijderen. Daardoor kwam het hele betonskelet van gebouw S.B vrij te liggen en diende zich de mogelijkheid aan om de betonvloeren en -balken aan te passen aan de hedendaagse normen. Dat was geen strikte noodzaak: mochten de wanden en vloeren zijn blijven staan, was het niet aan de orde geweest. Maar nu kon het wel, en van die mogelijkheid hebben we dankbaar gebruik gemaakt.” Over het precieze kostenplaatje doet hij liever geen uitspraken, “maar dat beloopt hoe dan ook in de miljoenen euro’s.”
“Iedereen past zich aan”
Flexibiliteit is het afgelopen jaar het sleutelwoord geweest. Dat studenten en docenten keer op keer naar een ander leslokaal moeten uitwijken, vormt volgens Tinne de grootste hinder. Ook van de roosteraars vraagt dat veel energie en creativiteit. Verder is er omwille van de voorlopige verhuis naar de Theaterbuilding minder contact met de studenten. Het personeel van FLW mist daarnaast vooral zijn goedgevulde boekenkasten, vermoedt Virginie. “In onze faculteit is werken met fysieke boeken nu eenmaal belangrijk. Dat we ons nu tot een kleine selectie moeten beperken, is voor sommigen wennen. Maar iedereen past zich aan, ook aan het feit dat een deel van de collega’s nu vaker van thuis uit moet werken.”
Toch zijn de gevolgen van de brand niet alleen maar negatief. Tinne en Virginie kijken reikhalzend uit naar de nagelnieuwe kantoorruimtes. “Gebouw S.D is een prachtige ruimte die na de renovatie volledig tot haar recht zal komen. In die zin zou je de voorbije gebeurtenissen ook als een opportuniteit kunnen zien”, besluit Virginie.