Kan vrachtvervoer over de weg blijven bestaan na de coronacrisis?

In tijden waar wegtransport enorm belangrijk is, woedt er nu corona. We zien dat transportbedrijven alsmaar lagere tarieven hanteren. Ze proberen zo (een deel van) hun kosten te dekken, tegen elke prijs. Maar de tarieven laag houden, is geen duurzame strategie. “Een stijging van de tarieven is zeker mogelijk, maar enkel met een gezamenlijke actie van de hele sector”, zo verheldert Valentin Carlan.

Als kind had ik een felgele speelgoedvrachtwagen waarmee ik opviel tussen de andere 6-jarigen in mijn buurt. Tot de kerstman een buurjongen een gelijkaardige vrachtwagen cadeau deed, maar dan een met afstandsbediening. Dat was de eerste, echte praktijkles die ik kreeg over concurrentie: meer aanbod impliceert minder zichtbaarheid.

Een competitieve markt noopt tot flexibiliteit

Transportbedrijven zijn actief in een competitieve markt, met veel (relatief kleine) spelers. Alleen al in België zijn er meer dan 9000 wegtransportbedrijven actief.

Bron: Febetra (2020)

Meer dan 80% daarvan zijn kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s). Sommige van deze bedrijven zijn zo’n 4 à 5 jaar na de economische crisis van 2008-2009 opgestart. Meestal overleven ze als onderaannemer van de grotere kmo’s of dankzij vrachtplatformen waarop shippers hun orders aanbieden.  

Ik vraag me af hoe flexibel elk bedrijf is bij het opstellen van hun vervoerstarieven. Deze beslissingen kunnen namelijk een impact op álle transportbedrijven hebben.

De invloed van vrachtplatformen is enorm

In de Europese Unie bestaan er meer dan 30 internationale vrachtplatformen. Die platformen bieden diensten aan, gaande van informatieve communicatiekanalen en discussieforums, vrachtplanning, het boeken of veilen van vrachtwagens tot meer geavanceerde, gecombineerde diensten.

Door de coronapandemie zijn de transporttarieven de afgelopen weken erg laag geweest. Vrachtplatformen lijken transportaanvragen momenteel tegen eender welke prijs mogelijk te maken.

Om een voorbeeld te geven, in een LinkedIn-post werd een shipper (verzender) ervan beschuldigd een (te) laag bedrag aan te bieden voor het vervoeren van zijn lading. Een aanvaardbaar tarief zou het dubbele geweest zijn, blijkt uit een snelle berekening. Talrijke reacties van dispatchers die deze praktijk onaanvaardbaar vinden, volgden. Sommigen vinden dat de vrachtplatformen dit soort aanvragen automatisch moeten verbieden; anderen leggen de schuld bij diegenen die deze aanbiedingen accepteren.

Vrachtplatformen grenzen laten stellen aan de tarieven, zou tegen de spelregels zijn. Die platformen zijn slechts beheerders van een transportmarkt en bemoeien zich niet met tarifering. Het is alsof je een organisator van een tweedehandsmarkt ervan zou beschuldigen verkopers met te dure producten toegang te verschaffen. Dat kan niet.

Te lage tarieven zijn moordend

Te lage tarieven voor transport kunnen alleen worden gecorrigeerd door de reactie van de wegvervoerders als sector. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan; wegvervoerders werken in een concurrentiële markt.

Er bestaat in de transportmarkt een gouden regel: als je een transportopdracht niet snel genoeg accepteert, is er binnen de minuut iemand anders bereid om de opdracht uit te voeren voor één eurocent minder.

Het wegvervoer heeft binnen de logistieke sector de meeste spelers. Door deze competitieve markt kunnen spelers soms maar net – of net niet – hun kosten dekken. Maar dat is niet zonder gevaar. Onder de kostprijs werken is moordend, het verstoort de markt en heeft een langdurig effect op andere spelers op die markt. Werken tegen een prijs die je kosten niet kan dekken, is voor geen enkele onderneming houdbaar.

Bovendien creëert het een verkeerd uitgangspunt. Zolang tegen te lage tarieven wordt vervoerd, worden andere wegvervoerders gedwongen om soortgelijke lage aanbiedingen te accepteren om bepaalde periodes te overbruggen, zoals nu met de coronacrisis. Deze periodes worden steeds langer en zullen pas eindigen als de sector als groep reageert (of als alle wegvervoerders die lage tarieven accepteren, verdwijnen).

Is een correctie nog mogelijk?

Een reactie door de hele sector, of een segment ervan, is zeker mogelijk. Uit onderzoek van twee Belgische verenigingen voor wegtransport (Febetra en UPRT) blijkt dat het transport van voertuigen (-82,30%), uitzonderlijk transport (-58,70%), containervervoer (-37,37%), algemene cargo en logistiek (-31,81%), en temperatuurgecontroleerd transport (-31,14%) de meest getroffen marktsegmenten zijn, die door de coronacrisis een dramatische daling in activiteit optekenden.

  • Bij transport van voertuigen en uitzonderlijk transport is de marktvraag plotseling gestopt: de productie van auto’s is nagenoeg stilgelegd, dus er is geen behoefte aan transport van onderdelen of afgewerkte voertuigen. Hetzelfde geldt voor activiteiten die gespecialiseerde (oversized) apparatuur vereisen. Deze segmenten lijden het meest, en het zal even duren om de verliezen te recupereren. Ook transport met gespecialiseerde laadapparatuur staat on hold.
  • Het containervervoer profiteert nog van een vertraagd effect met betrekking tot de volumes, maar binnenkort worden ook daar gevolgen verwacht. Het wegtransport van containers is sterk afhankelijk van de wereldwijde vrachtmarkt. De daling van de wereldwijde productie en een schaars aanbod van lege containers (die nu vastzitten in depots over de hele wereld) beïnvloeden de transportvraag.
  • De algemene cargo en logistiek en het temperatuurgecontroleerd transport zijn de minst getroffen sectorsegmenten, door de nog relatief hoge vraag vandaag. Deze transportbedrijven kunnen in principe als eersten hun transporttarieven verhogen. Deze verhogingen zijn ook gerechtvaardigd door de extra maatregelen die deze bedrijven moeten nemen (personeel, materiaal etc.).

Met andere woorden: de sleutel ligt eerst in handen van de algemene cargo en logistiek en het temperatuurgecontroleerd transport. Dit sectorsegment kan als groep hogere tarieven gaan hanteren en deze terug op een ‘normaal’ niveau brengen, op basis van het vraag- en aanbodprincipe: hoe kleiner het aanbod, hoe meer geld je kan vragen. Tot dit besef kwamen we dankzij de coronacrisis.

Hoop voor de transportsector na COVID-19

Bron: WTO Secretariat

Op basis van bovenstaande grafiek van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en het inzicht van experts die de huidige coronacrisis zwaarder inschatten dan de financieel-economische crisis van 2008-2009, kan je wel raden in welke richting de curve met het aantal wegvervoerders de komende jaren in België zal evolueren.

Ik verwacht dat veel grote transportbedrijven hun onderaannemers zullen overnemen. Andere bedrijven zullen maar net overleven, samen met hun klanten. Er zal meer ingezet worden op digitalisering, vooral door bedrijven die dat nu al doen. Er is hoop op een herstellende, welvarende periode, en op een betere controle van de tarifering. Maar de reactie van de transportsector als groep zal bepalend zijn.

Het volledige (Engelstalige) artikel met extra duiding lees je op de LinkedIn-pagina van de onderzoeker.