Kan één minister in tijden van corona het hele land stilleggen… en wie start het weer op?

Om de verspreiding van het coronavirus af te remmen, ging op vrijdag 13 maart een ‘lockdown light’ in voege. Afgeroepen door een ministerieel besluit, ondertekend door de minister van Binnenlandse Zaken. Kan deze grote verantwoordelijkheid in handen van één minister worden gelegd? En kan die op eigen houtje het land ook weer heropstarten? Juridisch experte Patricia Popelier werpt licht op de zaak.

Meerdere partijen lieten al weten dat ze de coronavolmachten in juni niet willen verlengen. ‘De acute maatregelen zullen dan wel genomen zijn’, zo luidt de redenering. Daar valt wat voor te zeggen. Alleen: de meest acute en ingrijpende maatregelen berusten helemaal niet op de Machtigingswet. Het hele land werd stilgelegd door een ministerieel besluit, getekend door één minister, Pieter De Crem, bevoegd voor Binnenlandse Zaken.

De voorzorgsmaatregelen van minister De Crem

Op 13 maart kondigde de minister de federale fase voor het beheer van de coronacrisis af. Kort daarop verscheen het ministerieel besluit dat op de meest drastische wijze in ons persoonlijk leven ingreep en de hele economie platlegde. Eén minister, nog wel uit een minderheidsregering, beperkte zo onze meest fundamentele rechten en vrijheden.

Wetstraat 2


Kunnen we dat wel in handen van één minister laten, en hangen we ook van die minister af om het land weer op te starten?

De wet laat toe dat de minister bij dreigende omstandigheden dringende maatregelen neemt, bijvoorbeeld ons verbieden om ons te verplaatsen. De wetgever had daarbij terroristische acties of natuurrampen voor ogen, waarbij men heel snel moet optreden om erger te voorkomen.

We zijn nu anderhalve maand verder, en stellen ons de vraag of het wel aangewezen is dat zware maatregelen, zoals een lockdown, nog steeds bij ministerieel besluit worden geregeld. De lockdown treft iedereen, met voorrang voor de volksgezondheid. Maar zodra economische en sociale afwegingen meespelen, wordt het moeilijker. Want waarom mogen de tuincentra wel open, maar niet de bloemenwinkels?

Volmachten voor de regering

Inmiddels is er een wet gestemd die volmachten geeft aan de regering. Die kan voorzorgsmaatregelen nemen om de verspreiding van het virus in te dammen, en flankerende maatregelen om de sociaal-economische gevolgen van de lockdown te verzachten. Ze kan daartoe zelfs wetten wijzigen, al moet het Parlement die besluiten uiteindelijk wel goedkeuren.

En toch worden de voorzorgsmaatregelen – en het lossen daarvan – nog steeds bij ministerieel besluit genomen. De volmachten worden enkel gebruikt voor flankerende maatregelen, bijvoorbeeld financiële steun en het opschorten van termijnen. Nochtans bieden volmachten wat meer democratische controle dan het ministerieel besluit.

Kan een federale minister zomaar scholen sluiten?

Bij ministerieel besluit werden ook scholen en culturele instellingen gesloten. Onderwijs en cultuur zijn nochtans gemeenschapsbevoegdheden. De grondwet regelt dit niet zo expliciet, maar men neemt aan dat de sluiting in crisissituaties tot de politiebevoegdheid van de federale minister behoort. Die moet de gemeenschappen en gewesten daar wel bij betrekken, omdat dit een impact heeft op hun beleidsdomeinen. Maar de koninklijke besluiten die de federale coördinatie bij crisissen organiseren, voorzien daar niet in. Toen men de Nationale Veiligheidsraad oprichtte, had men immers terroristische aanslagen voor ogen. Het overleg met de minister-presidenten gebeurt daarom volledig ad hoc.

Wat we leren, is dat zelfs een land als België, met een sterke fragmenterende dynamiek, behoefte voelt aan centraal optreden in crisistijden. Vandaag improviseert men om het coronabeleid federaal en regionaal te coördineren. Als politici straks de staatsstructuur weer op tafel leggen, kan men daar misschien een wat stevigere basis voor bedenken.

Deskundig advies is nodig

Als de minister het land stillegt, gebeurt dat dus na overleg binnen de regering en met de minister-presidenten. Maar hij steunt ook op deskundig advies, ook dat is juridisch van belang. Hij mag onze grondrechten immers enkel inperken als dat proportioneel is. Deskundig advies toont dat aan.

Bij voorzorgsmaatregelen zijn vooral medische en virologische adviezen van belang. Maar stilaan worden economische activiteiten weer opgestart. Dat moet voorzichtig gebeuren: het mag geen tweede coronapiek veroorzaken, maar tegelijk moet iedereen gelijk behandeld worden. Toen doe-het-zelfzaken en tuincentra de deuren weer mochten openen, vochten handelaars dat aan bij de Raad van State: was dit immers geen oneerlijke concurrentie?

De Raad van State hield het besluit in stand. Van belang daarbij was dat het niet diende om de economie weer op te starten. Het steunde op advies van medische deskundigen die erop aandrongen de isolatie te bestendigen, maar ervoor te zorgen dat mensen dat ook volhouden. De opening van doe-het-zelfzaken en tuincentra was bedoeld om ons thuis iets om handen te geven, en dus een voorzorgsmaatregel. Om die reden geniet de overheid ook een heel ruime beleidsvrijheid. Zolang ze steunt op deskundig advies, komt de rechter niet snel tussen.

Les rechten


Gelijkheidsbeginsel speelt een rol

Voor flankerende maatregelen is dat anders. Waarom krijgen zelfstandigen financiële steun, maar vallen freelancers tussen de mazen? Ook wanneer de selectieve opening van bedrijven deel uitmaakt van een exitstrategie, speelt het gelijkheidsbeginsel weer een grotere rol. De overheid is zich daarvan bewust: het plan is nu om alles min of meer gelijk op te starten, behalve waar het risico op contact te groot is.

Als er een nieuwe coronapiek komt, en de overheid toch moet differentiëren om weer op te starten, zal medisch advies niet meer volstaan. Multidisciplinair advies en overleg met de sectoren is niet alleen een kwestie van zorgvuldig handelen, het is ook nodig om de toets bij de rechter te doorstaan. En hoe zwaarder de maatregelen gaan wegen, hoe meer betwistingen zullen volgen.