Hoe creëert en verhoogt een romanschrijver de spanning? Hoe wordt de spanning over meerdere kladversies en drukproeven geoptimaliseerd, en wat is de rol hierin van redacteuren en proeflezers? Voor zijn doctoraatsonderzoek bestudeerde Vincent Neyt (ACDC) de kladversies van IT (1986), een roman van een van de meesters van het spannende boek. (Tekst: Vincent Neyt; illustratie: Matty Jorissen)
In februari 2019 stuurde Vincent Neyt een brief aan Stephen King. Kon hij voor zijn doctoraat toegang krijgen tot de kladversies van IT? Een paar maanden later e-mailde de schrijver dat Vincent welkom was in zijn archief in Bangor, Maine. Vincent bracht er twee zomerweken door, waarna hij scans mee naar huis kreeg van al het materiaal dat met IT te maken had.
Zo leerde Vincent dat Stephen King drie kladversies schreef van IT: de eerste op een elektronische typemachine en de tweede en derde op een personal computer. Naar zijn uitgever stuurde de auteur daarna twee afdrukken van de derde kladversie, samen met zijn diskettes. Het meeste redactionele werk vond plaats op een van de afdrukken en ging vervolgens verder op de drukproef.
Vincent beschreef in zijn onderzoek de herwerkingen en welk effect die sorteerden op de spanning van de scene. Hij gebruikte daarvoor technieken uit de genetische kritiek, de studie van hoe literaire teksten tot stand komen. Die combineerde hij met een narratologische analyse. Hij richtte zich daarbij op verteltempo, karakterisering en vertelstandpunt (focalisatie).
De lezer in de greep houden
Stephen Kings herwerkingen van de spannende scenes versterkten telkens de band tussen de lezer en het personage dat in gevaar is. De schrijver deed dat door het verteltempo van de hoofdstukken te verlagen. Hij schonk bijvoorbeeld meer aandacht aan de zintuiglijke ervaringen, de karaktereigenschappen en de gedachten en emoties van de focaliserende personages. Dergelijke elementen toevoegen (vaak maar een paar woorden hier of daar) vertraagt het verloop van de spannende scene zonder dat het verhaal sloom aanvoelt. Het draagt integendeel bij aan de emotionele betrokkenheid van de lezer bij het personage, wat een gunstig effect heeft op de interesse vast te houden tot het einde van de roman.
Bijvoorbeeld, wanneer de elfjarige Eddie Kaspbrak voor een oud en eng huis staat, schrijft King in de eerste kladversie: “The house, brooding and silent, drew closer”. Hij herwerkte dit in zijn volgende kladversie tot: “It did not seem as if Eddie’s feet were moving; instead the house itself, brooding and silent, seemed to draw closer to where he stood”. In de eerste versie bevat deze zin de verontrustende beschrijving van een onnatuurlijke gebeurtenis (een huis dat dichterbij komt), en in de herziene, veel langere versie wordt dezelfde gebeurtenis gepresenteerd via het bewustzijn van een angstige jongen.
In tegenstelling tot wat je zou verwachten, wilde Stephen King met de herwerkingen niet inspelen op de angst van zijn lezers voor het monster, maar op hun bezorgdheid voor de mensen die in gevaar verkeren. King verklaarde dat zo in een interview in 1980: “You don’t get scared of monsters, you get scared for people”. Hoewel hij kon rekenen op zijn redacteur Chuck Verrill, speelde zijn advies zo goed als geen rol in het optimaliseren van de spannende scènes in IT. Opnieuw een bevestiging van Kings status als een ‘master of suspense’.
Meer weten?
- Blog: Stephen King at Work
- Video: Stephen King and his Proofreaders
- Video: A Collector’s Guide to Stephen King Manuscripts, Galleys, Proofs and ARCs – Part 1
- Video: A Collector’s Guide to Stephen King Manuscripts, Galleys, Proofs and ARCs – Part 2
Contact
Vincent Neyt | vincent.neyt@uantwerpen.be
Looking over Stephen King's shoulder
Vincent Neyt (ACDC) conducted research on how suspense is created and heightened in Stephen King's IT (1986). King wrote three draft versions of IT, which Vincent analysed using genetic criticism and narratological analysis. Vincent found that King's revisions of suspense scenes strengthened the emotional bond between the reader and the character in danger. The author achieved this by slowing down the narrative pace, exploring sensory experiences, character traits, and the thoughts and emotions of the focalising characters. These additions increased the reader's emotional engagement without making the story feel slow. King aimed to evoke the reader's concern for the characters in danger rather than just their fear of the monster. While King had the support of his editor Chuck Verrill, the editor's advice played a minimal role in optimizing the thrilling scenes in IT, further confirming King’s status as a “master of suspense.”