Foto: Slaapzaal van het logementshuis “Friedlander” in de Constitutiestraat nabij het Centraal Station, ca. 1913. Dit logement ontving uitsluitend passagiers van de Red Star Line en had een capaciteit van 138 personen. Het gebouw was groter en properder dan de meeste andere logementshuizen in Antwerpen, maar geeft wel een idee van de opeenstapeling van bedden binnenshuis. Bron: P. Daman, Logement à terre, 40.
“Bijna twee eeuwen geleden was het in Antwerpen heel gebruikelijk om een deel van je huis open te stellen voor tijdelijke migranten”, zegt Jasper Segerink (Centrum voor Stadsgeschiedenis). In zijn doctoraatsonderzoek nam hij logementshuizen in negentiende-eeuws Antwerpen onder de loep. “Ze zijn gelijkaardig aan AirBnB’s vandaag, al zijn er ook belangrijke verschillen.” (Tekst: Jasper Segerink)
Met drie in bed
De negentiende eeuw was een enorm mobiele periode in de Europese geschiedenis. Zeker een groeiende havenstad als Antwerpen ademde voortdurend migranten in en uit, tot wel 20.000 per jaar. Dit zorgde voor een grote vraag aan bedden voor tijdelijke opvang. Jasper Segerink licht toe: “Antwerpenaren speelden gretig in op deze vraag. Je vond logementshuizen in arbeiderswijken doorheen de hele stad, van Sint-Andries tot in de Seefhoek. Er heerste de hele eeuw een stevige huizencrisis in de Scheldestad, dus elke vierkante meter diende benut te worden. In de bronnen lees je toestanden waar vreemden met drie in één bed sliepen, en met tien op een kamer. Huizen waar vandaag één gezin woont, ontvingen toen geregeld nog twintig of meer extra gasten.”
Pendelen avant la lettre
Als contactpunt tussen de lokale bevolking en de buitenwereld vervulden deze huizen belangrijke functies voor de stad en dan vooral voor haar arbeidsmarkt. Jasper: “Logementshuizen accommodeerden heel diverse migrantengroepen, van Jamaicaanse zeevaarders tot Russische straatventers, Franse sekswerkers en Duitse muzikanten, maar evengoed lokale arbeiders. Zo waren er rond de twintigste eeuwwisseling vele dokwerkers die elke zondagnacht te voet van dorpen als Berendrecht en Zandvliet naar Antwerpen trokken, om daar een week te werken en nabij het Schipperskwartier te overnachten. Pas zaterdagavond keerden ze terug naar huis, om de dag erna opnieuw te vertrekken. In vergelijking met zo’n pendel, lijkt een afgelaste trein van de NMBS plots veel minder erg.”

De negentiende-eeuwse AirBnB?
Helemaal gelijkaardig met het hedendaagse AirBnB vindt Jasper het logementshuis dus niet. “AirBnB is veeleer gericht op toeristen dan op arbeiders. De functie als contactpunt of arbeidsmarktschakel is veel minder aanwezig vandaag, zeker bij de anonieme sleutelkastjes-B&B’s gerund door bedrijven. Zonder al te nostalgisch of rooskleurig terug te blikken op deze geschiedenis, stel ik vast dat de stad vandaag minder toegankelijk is voor nieuwkomers dan vroeger. De afstand tussen stadsbewoners en tijdelijke migranten is nu groter. We moeten nog eens grondig nadenken over hoe we het verblijf van (tijdelijke) migranten in onze steden best organiseren en welke rol platformen als AirBnB hier kunnen innemen.”
Contact
Jasper Segerink | jasper.segerink@uantwerpen.be
Long before AirBnB, Antwerp residents already rented out their homes to strangers
‘Almost two centuries ago, it was very common in Antwerp to open part of your house to temporary migrants,’ says Jasper Segerink (Centre for Urban History). In his doctoral research, he took a close look at lodging houses in nineteenth-century Antwerp.
The nineteenth century was an exceptionally mobile period in European history. Certainly a growing port city like Antwerp had up to 20,000 migrants passing by each year. This created a huge demand for beds, to which the Antwerp residents eagerly responded. You found lodgings in working-class neighbourhoods all over the city, from Sint-Andries to the Seefhoek. Houses where one family lives today, regularly received twenty or more extra guests back then.
Jasper Segerink: “Lodging houses accommodated very diverse migrant groups, from Jamaican sailors to Russian street vendors, French sex workers and German musicians, as well as local workers.” This is the biggest contrast to AirBnB today, which is aimed at tourists rather than workers. Jasper notes that the city is less accessible to newcomers today than it used to be. “The distance between city dwellers and temporary migrants is now greater. We need to think about how best to organise the stay of (temporary) migrants in our cities and what role platforms like AirBnB can play here.”