Actief pluralisme: soms oncomfortabel, altijd de basis

Nog meer dan een safe space wil professor Gert Van Hecken van het IOB tijdens zijn colleges een brave space creëren. “Het is de bedoeling dat er verschillende visies aan bod kunnen komen, ook visies die botsen met wat we vanzelfsprekend vinden.” Een gesprek over actief pluralisme en hoe hij die waarde als professor en docent naar de praktijk vertaalt.

Hoe kaart je een thema als racisme en ongelijkheid het best aan in de les? Door er niet alleen zelf over te praten, vindt professor Gert Van Hecken van het Instituut voor Ontwikkelingsbeleid (IOB). In het korfvak Debating Development bijvoorbeeld, nodigt hij liever sprekers uit de black community uit om hun eigen inzichten, analyses en ervaringen te delen. “Nog te vaak zijn het bijna uitsluitend witte professoren die als experten worden aangevoerd. Soms is het onze rol om een stap opzij te zetten en de rechtstreeks betrokkenen aan het woord te laten”, zegt hij.

Hij vraagt zich af in hoeverre onze universiteit ruimte biedt voor die aanpak. “Als we echt willen luisteren naar minder vaak gehoorde stemmen, moet de universiteit zelf een stap verder gaan en die structureel ondersteunen”, klinkt het. Voor hem is actief pluralisme een kernwaarde die je in de praktijk moet brengen, zowel in als buiten de aula. “Actief pluralisme houdt in dat we als universiteit verschillende waarden en visies actief met elkaar in contact brengen”, zegt hij. “Het betekent dat we openstaan voor verschillende manieren om naar de wereld te kijken. Daarbij is het belangrijk dat we ook de dominante waarden binnen onze eigen maatschappij in vraag durven te stellen. De visies die ons wereldbeeld vormgeven, worden immers mee bepaald door machtsrelaties binnen onze maatschappij én onze universiteit. Daarom moeten we ook – en soms vooral – ruimte bieden aan alternatieve expertise en meningen die vaak opzij worden geschoven vanwege te ‘radicaal’ of niet passend binnen het dominante discours van onze maatschappij of onze universiteit.”

Oncomfortabele vragen

Zelf waakt Van Hecken erover dat in zijn colleges ook minder gangbare standpunten een plaats krijgen. Van Hecken: “Ik nodig sprekers uit die zelden gehoorde stemmen vertegenwoordigen. Zij brengen vaak perspectieven die tegen de gangbare visie indruisen.” In zijn vak Debating Development bespreekt hij dit jaar onder meer de samenwerking van onze universiteit met de haven van Antwerpen. “We durven daarbij ongemakkelijke vragen te stellen, bijvoorbeeld over de ethische aspecten van die samenwerking. Zo nodigen we ook vakbondsvertegenwoordigers uit om te praten over vormen van uitbuiting, en milieuwetenschappers en milieuactivisten om de lokale en mondiale ecologische impact van de haven te bespreken. Op die manier willen we bijdragen aan belangrijke maatschappelijke debatten.”

Bestaat er zoiets als complete objectiviteit? Ook over die vraag denkt hij met zijn studenten na. Van Hecken: “Ik moedig hen aan om te allen tijde de vraag te stellen wie er aan het woord is. Door welke bril kijken die personen? Welke criteria brengen ze mee naar het debat? Die kritische benadering probeer ik hen als een soort van automatisme bij te brengen.”

Academici en studenten moeten uit hun comfortzone durven komen. Dat kan ongemakkelijk aanvoelen, maar ongemak is vaak nodig om heersende kennis kritisch te herzien en een levenslange leerhouding te ontwikkelen.

– Gert Van Hecken

Agree to disagree

Academici en studenten moeten uit hun comfortzone durven komen, vindt Van Hecken. “Dat kan ongemakkelijk aanvoelen, maar ongemak is vaak nodig om heersende kennis kritisch te herzien en een levenslange leerhouding te ontwikkelen.” In zijn colleges wil hij niet zozeer een safe space creëren, maar eerder een brave space: een plek waar je wordt uitgedaagd om buiten de gebruikelijke kaders te denken. Gert Van Hecken: “Zoals Noam Chomsky zegt: ‘The smart way to keep people passive and obedient is to strictly limit the spectrum of acceptable opinion, but allow very lively debate within that spectrum.’ Als we vanzelfsprekendheden niet actief betwisten, blijven ideeën hangen binnen veilige, bekende grenzen. Een brave space nodigt ons uit om net die grenzen op te zoeken. Door de botsing van ideeën kunnen we machtsstructuren en aannames die we vaak als vanzelfsprekend beschouwen, kritisch bekijken.”

Een gezond debat is maar mogelijk als een universiteit diversiteit niet alleen toestaat, maar ook actief stimuleert en binnen dat proces voorwaarden creëert om elkaar en de docent in vraag te stellen. Daarom maakt Van Hecken in zijn lessen vooraf afspraken over hoe met elkaar in dialoog te gaan. “Om te beginnen: we moeten accepteren dat niet iedereen dezelfde geschiedenis en sociale positie heeft. We zitten dus allemaal in een leerproces waarin de ene al wat verder staat dan de andere. Een andere afspraak is dat je soms moet kunnen zeggen: let’s agree to disagree, zonder dat het een voorwendsel mag zijn om een debat uit de weg te gaan. En ook belangrijk: monitor your airtime. Het is niet de bedoeling dat één persoon de ruimte volledig inneemt. Pas dus op dat je sommige stemmen niet – misschien ongewild – onderdrukt.”

Om kritisch denken aan te moedigen durft Van Hecken ook van de klassieke evaluatiemethodes af te stappen. Zo maakten zijn studenten vorig jaar een groepswerk op basis van discussies over de visies die door sprekers waren aangebracht. Daarbij lag de klemtoon op debat en het vormen van een eigen mening. Als eindopdracht schreven ze een gemeenschappelijke visietekst over de toekomst van de universiteit, gekoppeld aan creatieve output zoals een podcast of een video. Een deel van dat materiaal werd gepresenteerd tijdens de Global Engagement Week, om zo in dialoog te gaan met de rector.

Als we vanzelfsprekendheden niet actief betwisten, blijven ideeën hangen binnen veilige, bekende grenzen. Een brave space nodigt ons uit om net die grenzen op te zoeken.

– Gert Van Hecken

Controversiële debatten

Ook de onderzoeksprojecten van Gert Van Hecken hebben een actief pluralistische insteek. “Onze onderzoeksgroep doet onderzoek naar thematieken in het zuiden, maar ook mét het zuiden. Daarbij mikken we op langdurige partnerschappen, waarbij we onze partners op een horizontale manier betrekken bij het ontwerpen en uitvoeren van projecten. We proberen ook zoveel mogelijk te vertrekken vanuit hun noden en hun analyses daarrond. Daarbij willen we mee de condities creëren om vanuit een kritische blik uit het zuiden ook processen in het noorden te bevragen”, legt Van Hecken uit.

En wat met maatschappelijke dienstverlening? In hoeverre moet onze universiteit zich mengen in controversiële maatschappelijke debatten? Ook daar heeft Van Hecken een uitgesproken mening over. Op tafel kloppen mag, moet zelfs. Ook als dat oncomfortabel is voor onze universiteit. “Vanuit onze publieke intellectuele rol moeten we ons zowel individueel als collectief durven uitspreken. Actief pluralisme veronderstelt immers dat we erkennen dat ‘neutraliteit’ niet altijd vanzelfsprekend of zelfs wenselijk is. ‘If you are neutral in situations of injustice, you have chosen the side of the oppressor’, zei de Zuid-Afrikaanse aartsbisschop Desmond Tutu. Bovendien vertaalt ‘neutraliteit’ zich in situaties van ongelijke machtsverhoudingen maar al te vaak in stilte en onverschilligheid.  Als universiteit moeten we ons voortdurend afvragen voor welke waarden we staan. Daarbij mogen we niet blijven steken in gemakkelijke en veelal vage slogans rond duurzaamheid, dekolonisering of sociale rechtvaardigheid. We moeten de retoriek overstijgen en daar ook naar handelen.”

Als voorbeeld noemt hij de houding van onze universiteit rond samenwerking met Israëlische universiteiten. Gert Van Hecken: “Als universiteit moeten we onze houding daarrond in vraag durven te stellen. Daarbij kunnen debatten een grote rol spelen, maar zonder betekenisvolle actie is dat niet genoeg. Als je als universiteit zegt dat je dekolonisatie en mensenrechten belangrijk vindt, dan moet je ook de daad bij het woord durven voegen. En zoals het studentenprotest van het voorbije jaar duidelijk maakte, zijn transparantie, openheid en inclusiviteit in het beslissingsproces daarbij cruciaal.”

Alternatieve denkers

Hij waarschuwt in dat verband voor de toenemende tendens naar relativisme. “Veel stemmen aan bod laten komen, betekent niet dat er geen grenzen zijn. Zaken als racisme en mensenrechtenschendingen kunnen niet en daarin moeten we als organisatie actief stelling nemen. Op dat moment kan je niet zeggen: er bestaan nu eenmaal verschillende evenwaardige meningen. Dan riskeert actief pluralisme een excuus te worden om over geen enkel maatschappelijk thema nog een collectief standpunt in te hoeven nemen.”

Op het vlak van sociaal engagement en de rol van de universiteit in het publieke debat ziet Van Hecken een onmiskenbare evolutie, die hij persoonlijk betreurt. “In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw waren universiteiten vaak bolwerken van alternatief denken en emancipatie. Vandaag ligt de focus meer en meer op het klaarstomen van studenten voor de arbeidsmarkt. Dat is verontrustend: een universiteit moet bovenal een plek blijven waar kritische bevraging van de maatschappij in al haar facetten voorop staat.”

Eigen ideeën in vraag stellen

Als professor van het IOB ziet Gert Van Hecken niet alleen een veelvoud aan meningen, maar ook aan culturen. Brengt dat extra uitdagingen met zich mee? Toch wel, vindt hij. “Onze studenten hebben vaak sterk verschillende achtergronden. Dat is niet altijd vanzelfsprekend. Hoe ga je met elkaar om? Wat doe je met al die verschillende visies, waarvan sommige heel erg kunnen botsen? Zoiets vraagt veel aanpassing en denkwerk, waarbij we als docenten ook onszelf regelmatig in vraag moeten stellen.”

Maar, zo voegt hij eraan toe, die veelheid aan culturen en visies is net een grote verrijking.  “Ik geef heel graag les, al helemaal aan groepen met een grote diversiteit waarvan de studenten een veelheid aan levenservaringen naar de aula brengen. Elk jaar word ik daarbij gestimuleerd om mijn eigen opvattingen in vraag te stellen. Telkens weer is het fantastisch om met die studenten in dialoog te gaan en hen met elkaar in gesprek te zien. Dat geeft veel voldoening. En ik leer er ook ontzettend veel uit.”

Dit artikel sluit aan bij onze krachtlijn ‘Actief pluralisme als basis voor dialoog’. De krachtlijnen zijn een aanzet van het beleid. Nu ben jij aan zet om ze om te zetten in de praktijk.

Ontdek waar UAntwerpen nog voor staat.