In ons land genieten professoren en onderzoekers volledige academische vrijheid, zoals ook aangetoond door de Academic Freedom Index. Dat lijkt zo vanzelfsprekend dat we soms vergeten hoe belangrijk het is. “Als academicus moet je de vrijheid hebben om in te gaan tegen heersende opvattingen”, zegt professor Tom Sauer van het Departement Politieke Wetenschappen.
Tom Sauer laat als professor Internationale Politiek regelmatig zijn stem horen in het publieke debat, onder meer via radio- en televisie-interviews, opiniestukken en lezingen. “Ik vind het belangrijk om mijn analyses te kunnen delen met een ruimer publiek. Zonder academische vrijheid zou dat niet kunnen. Die vrijheid hebben we te danken aan onze democratie, maar ook aan ons universitair systeem. Dat laat niet alleen toe om onze mening te uiten, maar stimuleert het ook. Zo hebben we als academici de vrijheid om in te gaan tegen heersende opvattingen, zelfs als die mening niet in dank aanvaard wordt. Dat is erg belangrijk”, zegt Tom Sauer.
Academische vrijheid houdt in dat academici vrij zijn om onderzoek, onderwijs en maatschappelijke dienstverlening in te vullen zoals zij dat willen. Zo zijn ze vrij in de keuze van onderzoeksthema’s en methodologieën. Ook op het vlak van onderwijs genieten ze een grote autonomie. Dat is minder vanzelfsprekend dan het lijkt. “Wij mogen de inhoud van bestaande opleidingsonderdelen helemaal zelf bepalen. In Nederland bijvoorbeeld is dat anders, daar ligt de inhoud meer vast”, vergelijkt Tom Sauer.
“Minder populaire opinies vinden vaak moeizaam of niet hun weg naar radio en televisie. Dat is jammer, en ook niet zonder gevolgen. Je ziet altijd maar weer dezelfde meningen aan bod komen. Zo ontstaat er een pensée unique“.
– Tom Sauer
Oorlog in Oekraïne
Onze universiteit verwacht weliswaar van haar medewerkers dat ze die academische vrijheid aan wetenschappelijke integriteit koppelt. Als je als academicus bijvoorbeeld een opinie formuleert binnen het publieke debat, moet die steunen op gedegen wetenschappelijk onderzoek. Professor Sauer: “Met mijn standpunt over de oorlog tussen Rusland en Oekraïne bijvoorbeeld, ga ik in tegen het dominante oorlogsnarratief. Maar die mening is wel gebaseerd op mijn kennis en onderzoek over de internationale politiek, ook specifiek over die regio.”
Minder populaire opinies vinden vaak moeizaam of niet hun weg naar radio en televisie. Dat is jammer, en ook niet zonder gevolgen, aldus Tom Sauer. “Je ziet altijd maar weer dezelfde meningen aan bod komen. Zo ontstaat er een pensée unique. Dat was ook heel duidelijk tijdens de coronapandemie. Wie toen een minder gangbare visie had op de aanpak van de crisis – ik had voor alle duidelijkheid geen problemen met vaccinaties – werd niet aan het woord gelaten of tijdens publieke optredens neergesabeld. Mensen met diezelfde mening trokken zich terug in sociale bubbels en gingen op de duur in complottheorieën geloven. Dat toont aan hoe belangrijk het is om alle meningen een plaats te geven in het publieke debat.”
Op het matje geroepen
Volgens de Academic Freedom Index is er in België volledige academische vrijheid. Strookt dat met de ervaring van professor Sauer? “Grotendeels wel”, zegt hij. “Zelf had ik maar een paar keer een negatieve ervaring, onder andere toen ik nog assistent was aan een andere Vlaamse universiteit. Ik had toen een opiniestuk geschreven en de volgende dag riep de vicerector mij op het matje. Dat is een voorbeeld van hoe het niet moet. Een assistent zou niet vanuit een machtspositie onder druk gezet mogen worden.”
Onze universiteit draagt academische vrijheid hoog in het vaandel, vervolgt hij. “In mijn ogen is UAntwerpen de meest pluralistische universiteit van Vlaanderen. Dat merk je onder meer bij benoemingen. Die gebeuren op basis van objectieve criteria, zoals het aantal en de kwaliteit van publicaties. Dat is, zeker aan andere universiteiten, ooit wel anders geweest. Het is goed dat de tijd van vriendjespolitiek achter ons ligt.”
Prestatiedruk
En wat met andere factoren die tot de normale realiteit van een onderzoeksloopbaan behoren, zoals prestatiedruk en administratieve belasting? Is een onderzoeker volledig vrij als hij voortdurend de druk voelt om te publiceren? Tom Sauer erkent dat die publicatiedruk een invloed heeft op hoe we aan onderzoek doen, zonder het daarom een belemmering van de academische vrijheid te noemen. “Natuurlijk is het geen goede zaak, maar je kiest nog altijd zelf of je mee in die ratrace wil stappen.”
Ook de niet-aflatende zoektocht naar financiering zou je als een beperking van de academische vrijheid kunnen beschouwen, omdat het de keuze van onderzoeksonderwerpen mee kan sturen. “Met een project rond pakweg armoedebestrijding of gender haal je nu eenmaal sneller een beurs binnen dan wanneer je je zoals ik in nucleaire ontwapening verdiept”, zegt professor Sauer. “Maar ook dan: je beslist zelf of je daar als onderzoeker in wil meegaan. Ga je voor de thema’s die jou interesseren of laat je je meesleuren in die wedren? Persoonlijk heb ik dat laatste opgegeven.”
Een aanpassing van het systeem zou op dat vlak een nieuw tijdperk kunnen inluiden. Tom Sauer: “Onze nieuwe rector pleit voor een basisfinanciering voor elke onderzoeker. Het competitieve element zal altijd blijven spelen, maar met zo’n systeem zouden we veel minder tijd verliezen aan onderzoeksaanvragen en zouden alle thema’s aan bod kunnen komen. Zover zijn we nog niet, maar ik kijk er alleszins naar uit.”
Ieder zijn rol
Niet alle academici zijn even sterk gericht op onderzoek. “Ook dat is academische vrijheid: zelf bepalen in welke mate je wil focussen op onderzoek, onderwijs of maatschappelijke dienstverlening. Sommige collega’s hoor je nooit in de media, en dat hoeft ook niet. Het is net goed dat we allemaal een verschillende rol opnemen”, vindt Tom Sauer.
Ook hier stelt zich de vraag of die keuze helemaal vrij is, aangezien niet alle inspanningen even sterk worden beloond. “Bij bevorderingen wordt vooral gekeken naar het aantal publicaties. Je zou ervoor kunnen pleiten om de mate van maatschappelijke dienstverlening ook kwantitatief in rekening te nemen, bijvoorbeeld door het aantal opiniestukken of mediaoptredens te tellen”, aldus professor Sauer.
Toch wil hij vooral het positieve verhaal beklemtonen. “Net omdat we in België volledige academische vrijheid genieten, ligt het niveau van het onderzoek en het onderwijs aan onze universiteiten heel hoog. Als je vrij bent om te doen wat je interesseert, ben je als academicus meer gemotiveerd en ga je betere resultaten behalen. We mogen ons dus gelukkig prijzen met dit systeem.”
Dit artikel sluit aan bij onze krachtlijn ‘Academische vrijheid gebaseerd op wetenschappelijke integriteit’. De krachtlijnen zijn een aanzet van het beleid. Nu ben jij ‘aan zet’ om ze om te zetten in de praktijk.