IPSIG-week: 20 jaar interprofessioneel onderwijs

Samenwerking in de zorg is belangrijk. Daarom komen jaarlijks in maart maar liefst honderden studenten en tientallen tutoren uit de zorgopleidingen samen. Zij werken een week lang samen tijdens de IPSIG-week, een initiatief dat in 2024 maar liefst 20 jaar bestaat.

Vandaag nemen aan de IPSIG-week zo’n 55 gemengde groepen deel, verspreid over 7 campussen in België en Nederland. In elk groepje zitten studenten uit verschillende opleidingen, zoals bijvoorbeeld toegepaste psychologie, verpleegkunde en orthopedagogie. Voor onze faculteit doen de derde masters geneeskunde en de eerste masters revalidatiewetenschappen en kinesitherapie mee. De studenten werken samen rond fictieve casussen en meegebrachte casussen vanuit hun stage-ervaring. Dat doen ze zowel online als op locatie op de Antwerpse campussen. Drie groepen gaan zelfs naar Vlissingen, Nederland. 

De IPSIG-week ontstond in 2005, al was dat wel met minder opleidingen en op minder locaties. Prof. Giannoula Tsakitzidis, die de week mee coördineert, vertelt dat de IPSIG-week van start is gegaan nadat uit onderzoek bleek dat er nog geen enkele opleiding expliciet interprofessioneel onderwijs aanbood: “Wij wilden een module opbouwen die competentiegericht is, past in de leerlijn van alle deelnemende opleidingen en een relevante evaluatievorm gebruikte.”

Tom Stroobants en Daphne Butzen deden vorig jaar mee als masterstudent geneeskunde. Zij kijken op de IPSIG-week terug als een heel leerrijke periode. “Ik weet nu beter wat andere zorgberoepen inhouden”, vertelt Tom. “Ik had natuurlijk al een beeld van wat bijvoorbeeld een toegepast psycholoog deed, maar nu is dat veel concreter.”

Verder leerden de studenten ook meer over zichzelf. “Je leert ook hoe je functioneert in groep”, zegt Daphne. “Zo leerde ik onder andere door de reflectie-opdracht dat ik best wel dingen mag loslaten en niet altijd perfectionistisch hoef te zijn.”

Tussen alle opdrachten door was er natuurlijk ook tijd voor pauze. “Dat vond ik altijd het leukste moment”, vertelt Tom. “Niet alleen voor de groepssfeer, maar ook omdat we dan de meeste vragen aan elkaar stelden. Zo leerden we elkaar écht kennen.” Daphne vult aan: “Je beseft dan met welke blik andere beroepen naar de zorg kijken. Zo kijken wij als geneeskundestudenten heel erg op lichamelijke problemen, terwijl psychologische problemen even belangrijk zijn.”

Daphne en Tom hopen dat de IPSIG-week, een initiatief voor studenten, ook een invloed gaat hebben op het professionele veld. “Op een week tijd zie je dat wij goed kunnen samenwerken, hopelijk wordt de praktijk ook even interprofessioneel.” Die verandering ziet prof. Tsakitzidis stilaan doorkomen. “Twintig jaar geleden was dit nog een ver-van-mijn-bedshow, nu lijkt samenwerken haast vanzelfsprekend, al lopen financiën en praktische issues ons soms in de weg. Maar zoals wij altijd in IPSIG zeggen: ‘Alles komt goed, zolang we samen dat proces doorlopen.’