Het ontwikkelen van een vaccin dat ons beschermt tegen COVID-19 wordt wereldwijd gezien als dé manier om uit de coronacrisis te geraken. In een ongekend tempo wordt er gewerkt aan een goed en betrouwbaar vaccin dat voor de zogeheten ‘groepsimmuniteit’ moet zorgen en ons allen zal beschermen. Maar wíllen mensen zich wel laten vaccineren? Simone Krouwer belicht drie grote uitdagingen om vaccinatietwijfelaars te overtuigen.
Groepsimmuniteit, waarbij voldoende mensen zich laten inenten en zo beschermd zijn tegen COVID-19, zorgt ervoor dat het virus zich niet meer goed kan verspreiden. Op die manier beschermen we ook mensen die zich niet kunnen laten inenten (omwille van ziekte, bijvoorbeeld).
De ontwikkeling van coronavaccins lijkt snel te gaan. Sommige veelbelovende vaccins zijn al in de laatste testfase beland. De kans bestaat dus dat we al in 2021 een vaccin in België zullen krijgen.
Maar we mogen niet vergeten dat het ontwikkelen en beschikbaar stellen van een goed en veilig vaccin niet voldoende is. Mensen moeten het vaccin ook wíllen nemen.Willen voldoende mensen zich laten vaccineren? Of zijn er die twijfelen?
Vaccinatietwijfel: drie grote uitdagingen
Al zolang er vaccins bestaan, zijn er mensen die twijfelen, of zelfs helemaal weigeren zich te laten vaccineren. In Vlaanderen is de vaccinatiegraad altijd hoog geweest, maar nu zijn er toch signalen dat vaccinatietwijfels in coronatijd zijn toegenomen. Hoe zorgen we ervoor dat de vaccinatietwijfelaars uiteindelijk wel het vaccin willen nemen? Er staan ons drie grote uitdagingen te wachten.
1. De snelle verspreiding van misinformatie
Behalve de vaccinatietwijfelaars zijn er ook nog mensen die faliekant tegen vaccins zijn: de zogenoemde vaccinatieweigeraars of antivaxers. Het aantal antivaxers is niet heel groot, maar ze verspreiden wel zeer actief hun ideeën en alternatieve theorieën. Dit doen ze veelal over diverse socialmediaplatformen, waardoor het momenteel lastig is de snelle verspreiding van misinformatie over COVID-19 tegen te gaan.
Er is bovendien niet slechts één groep antivaxers. Diverse groepen verspreiden om diverse redenen (religie bijvoorbeeld) antivaccinatieberichten. Juist die diversiteit aan berichten, bronnen, doelgroepen en platformen maakt het lastig om misinformatie te bestrijden.
Google, Instagram en andere platformen trachten gebruikers wel naar betrouwbare bronnen te verwijzen op het moment dat ze op zoek gaan naar informatie over COVID-19, maar het daadwerkelijk snel vinden en ontkrachten van misinformatie blijft moeilijk.
2. Feiten overtuigen vaak onvoldoende
Op het moment dat mensen bepaalde zorgen hebben of misinformatie tot zich hebben genomen, bijvoorbeeld over de ernst van het virus of over de veiligheid van vaccins, dan is het belangrijk dat we zo snel mogelijk in gesprek gaan en de onterechte twijfels wegnemen. Meestal proberen wetenschappers en autoriteiten dit te doen door zo duidelijk mogelijk alle feiten op een rijtje te zetten. Dit is belangrijk, maar vaak is het gebruik van enkel feiten niet meer voldoende om de zorgen volledig weg te nemen. Verhalen die emoties opwekken en tot de verbeelding spreken, komen vaak een stuk beter binnen.
Neem bijvoorbeeld de angst die ouders kunnen krijgen door het lezen van berichten over het (niet-bestaande!) verband tussen vaccins en de ontwikkeling van autisme bij kinderen. Talloze studies hebben aangetoond dat er geen enkel verband bestaat tussen vaccins en autisme, maar de eerste symptomen van autisme worden vaak pas zichtbaar op de leeftijd dat kinderen ook vaccins beginnen krijgen, en dus gaan ouders logischerwijs op zoek naar verklaringen. Wij mensen willen nu eenmaal begrijpen waarom bepaalde dingen ons overkomen en zoeken naar houvast, vooral wanneer we emotionele of moeilijk verklaarbare gebeurtenissen meemaken.
De kracht van conspiracytheorieën is dat ze vaak zeer logisch klinkende verbanden en verklaringen voor gebeurtenissen geven, waaraan we ons graag vastklampen. Ze bieden een stukje zekerheid in onzekere situaties.
Heel wat studies tonen aan dat het vertellen van verhalen en het inspelen op emotie vaak een grotere impact op ons denken en doen heeft dan het delen van cijfers en statistieken.
Het is daarom belangrijk om te onderzoeken hoe we (1) ervoor kunnen zorgen dat mensen kritisch blijven ten opzichte van de emotionele boodschappen van antivaxers en (2) zelf gebruik kunnen maken van storytelling om de vaccinatietwijfelaars beter te bereiken.
3. We bevinden ons in een unieke, nieuwe situatie met nog veel onzekerheid
Het bieden van voldoende informatie en zekerheid rondom vaccins kan bijdragen aan de bereidheid van mensen om zich te laten vaccineren, zo laten eerdere studies zien. Helaas zitten we met de hele wereld, inclusief de wetenschap, in een situatie die we nog nooit eerder hebben meegemaakt. We leren nog dagelijks nieuwe dingen over het coronavirus. Juist die onzekerheid over dit nieuwe virus en een vaccin dat nog niet beschikbaar is, kunnen ervoor zorgen dat de bereidheid om zich tegen COVID-19 te laten vaccineren, afneemt.
Het is daarom belangrijk om alle twijfels en onzekerheden die bij ons allemaal leven, goed te blijven monitoren. Door direct in te gaan op deze twijfels en waar mogelijk feitelijke onjuistheden weg te nemen, kunnen we ervoor zorgen dat de vaccinatietwijfelaars niet veranderen in vaccinatieweigeraars.
Onderzoek naar motivaties achter vaccinatietwijfel én passende communicatiestrategieën zijn cruciaal
Het is enorm belangrijk dat we alles op alles zetten om op korte termijn een veilig en goed werkend coronavaccin te ontwikkelen. Maar we mogen tegelijkertijd het andere belangrijke aspect niet vergeten: de mensen die zich uiteindelijk zullen laten vaccineren. Twijfels moeten serieus genomen worden, en we moeten er alles aan doen om misinformatie te bestrijden. Hopelijk kunnen we vanuit de sociale wetenschappen hieraan bijdragen.