Wij hebben een generalistische aanpak, wij denken heel breed en je maakt zeer pragmatisch kennis met alle disciplines van de interieurarchitectuur. Bij ons hoef je geen keuzes te maken (in de master). Wij zeggen: ‘door te vertrekken vanuit de humane wetenschappen, door de mens centraal te plaatsen, kan je later elke ontwerpopdracht aan’. Bovendien heeft onze opleiding een sterk uitgebouwd netwerk van partners, hierdoor kom je als student vaak in reële contexten terecht.

Het verschil zit hem vooral in de context en de schaal. Voor een architect is de schaal vaak de stedelijke of de landschappelijke omgeving. Terwijl een interieurarchitect meestal een bestaande context (gebouw, publieke ruimte) als vertrekpunt heeft. De focus bij interieurarchitectuur (Antwerpen) ligt op de nauwe relatie tussen de mens, het object en de ruimte (gebouwde wereld).

Een interieurarchitect komt vaak in een tijdelijke context terecht en werkt dikwijls 1 op 1. Daarnaast is er zeker een overlap tussen beide beroepen en komen ze elkaar regelmatig tegen. De programma’s van de opleidingen lopen momenteel behoorlijk gescheiden, het gebouw delen we wel.

In ons programma zit meer onderzoek en worden ontwerpopdrachten vaak abstracter benaderd. En sowieso is er een verschil in aantal jaren (vormgeving is 3 jaar, ipv 4 bij ons). Verder is de professionele bacheloropleiding interieurvormgeving er op gericht om meteen in te kunnen stappen in de praktijk. Bij de vormgevers ligt meer de focus op de output, het produceren van tekeningen en maquettes (presentatietechnieken). Ieder jaar mogen wij heel wat schakelstudenten verwelkomen in onze opleiding. Deze studenten hebben al een hogeschooldiploma en doen er dan een jaar langer over, maar brengen een frisse wind in onze opleiding. De theoretische focus van dit schakeljaar ligt op de humane wetenschappen.

Leerlingen uit het kunstonderwijs doen het goed in onze opleiding (architecturale vormgeving, interieurvormgeving), deze studenten maakten al kennis met het praktijk-theorie-onderwijs. Ook heel wat studenten komen uit de humane wetenschappen, maar het grootste deel van onze studenten komt uit het ASO. Bij het werken in groepen wordt (in het begin) rekening gehouden met de vooropleiding van de studenten. Als er al een aanvangsverschil zou zijn, dan is dit meestal snel niet meer merkbaar.

Tekenen starten we van nul, maar het tempo ligt hoog. Het is zeker niet de bedoeling dat je de top bereikt. Een creatieve instelling, nieuwsgierigheid en open staan voor nieuwe dingen zijn een must.

Er zijn in de opleiding altijd twee groepen: leerlingen die uit een meer artistieke richting komen en wat onzeker zijn over de theorie, en leerlingen die theoretisch wel wat gewoon zijn maar bv nog nooit getekend hebben. De opleiding is inderdaad een 2-spoor, en op beide gebieden moet er ingezet kunnen worden. De opleiding verwacht een combinatie van skills die niet voor iedereen evident is. Ontwerpen wordt binnen de opleiding niet gezien als aan vrijblijvende actie, maar bij het ontwerpen wordt er steeds verwezen naar elementen uit de wetenschap, kunst, maatschappij, … . Kennis is een noodzaak om tot creatie te komen.

Er is 1 verplichte studiereis in het tweede bachelorjaar. In de master kan je als keuzevak nog een keer op studiereis. En uiteraard zijn er heel wat erasmusmogelijkheden.