1935–2022

Roland Baetens werd geboren te Antwerpen op 3 december 1935 en overleden te Schoten op 21 april 2022.
Opleiding
Roland Antoine Julien Baetens volgde aan het Onze-Lieve-Vrouwecollege van Antwerpen de Latijn-Griekse humaniora. Hij startte zijn universitaire studies aan de Rijksuniversiteit in Gent in 1955 en behaalde er het diploma van licentiaat in de geschiedenis in 1959 met een licentiaatsverhandeling getiteld ’De handel van twee Antwerpse firma’s der 17eeeuw: van Coolen en de Groot (1640 – 1660)’,met als promotor prof. Charles Verlinden (1907-1996).
Academische loopbaan
Zijn loopbaan in het onderwijs begon als leraar geschiedenis in het middelbaar onderwijs in verschillende scholen in het Antwerpse. In 1968 werd hij benoemd als assistent bij professor Piet Lenderss.j.(1918-2002)aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte van de UFSIA. Hier werkte hij aan zijn doctoraat in de geschiedenis, dat hij behaalde aan de Gentse Faculteit Letteren en Wijsbegeerte in 1972 met als promotor prof. Charles Verlinden. Zijn doctoraatsthesis was getiteld: ‘De nazomer van Antwerpens welvaart. De diaspora van het handelshuis De Groote tijdens de eerste helft van de 17e eeuw’.
Van 1972 tot 1978 was hij bij UFSIA aangesteld als docent. Hij doceerde aan verschillende faculteiten: hedendaagse geschiedenis, sociaal-economische geschiedenis (17e – 19e eeuw), maritieme geschiedenis, industriële archeologie en historische kritiek. In 1978 werd hij bevorderd tot hoogleraar en in 1984 tot gewoon hoogleraar. Hij ging op emeritaat in 2000. Van 1972 tot 1982 was hij voorzitter van het departement geschiedenis, waar hij de oprichter was van het Centrum voor bedrijfsgeschiedenis. Van 1987 tot 1994 was hij directeur van het Centrum voor de Antwerpse Cultuurgeschiedenis. Ten slotte was hij een bekwame decaan van de Faculteit Rechtsgeleerdheid van 1991 tot 1997.
Wetenschappelijk Onderzoek
Zijn wetenschappelijk onderzoek kwam tot uiting in zijn publicaties. Op de site van de Antwerpse academische bibliografie staan 59 publicaties vermeld, van 1991 tot 2014. Een van zijn voormalige promovendi, professor Guido Marnef, vermeldt in het Liber Amicorum, dat in 2001 aan Baetens aangeboden werd, nog 72 publicaties uit de periode 1976 tot 1991. De titel van dit vriendenboek is ’De lokroep van het bedrijf: handelaars, ondernemers en hun samenleving van de 16e tot de 19e eeuw’. Aanvankelijk interesseerde Baetens zich voor de zeevaart in de 17e eeuw, daarna volgde, met zijn mentor professor Piet Lenders de economische geschiedenis van België, en hij eindigde zijn onderzoek met de studie van het industriële erfgoed van stad en streek. Opvallend is dat de meeste van zijn publicaties ofwel hoofdstukken zijn in boeken, ofwel monografieën en boeken. Hij schreef een 20-tal boeken over o.a.
- de bedrijfsgeschiedenis van het Tropisch Instituut (Brepols, Plouvier en Kreglinger);
- de geschiedenis van Schoten, van Schilde en ’s Gravenwezel;
- ‘Industriële archeologie in Vlaanderen (De Standaard, 1988);
- ’Wonen in de stad’ in 1991 met prof. B.Blondé, vertaald in het Frans en het Duits;
- ‚Album palaeographicum. XVII provinciarum‘ (Brepols, 1992):
- ’De roep van het Paradijs’ (150 jaar ZOO te Antwerpen) 1993, vertaald in het Engels en het Frans;
- ‘Geld in het water: Antwerps en Mechels kapitaal in Zuid-Beveland na de stormvloeden in de 16e eeuw”, met Cornelis Dekker, 2010;
- ‘Hoven van Plaisantie in de provincie Antwerpen, 16e – 20ste eeuw’ (Pandora, 2013).
In 1972 ontving hij van het Gemeentekrediet de prijs Pro Civitate voor zijn doctoraatsdissertatie, die in twee delen gepubliceerd werd bij het Gemeentekrediet. In 1977 en in 1984 ontving hij telkens de driejaarlijkse prijs voor de geschiedenis van de Provincie Antwerpen.
Een apart verhaal waarin Baetens een belangrijke rol speelde, ligt bij de herwaardering van de Antwerpse wetenschappelijke collecties. Enerzijds de collecties van Henri van Heurck (1839-1909): die werden dankzij Edward Frison (1888-1973) in 1964 ondergebracht in de Antwerpse ZOO. Anderzijds de fysische instrumenten van de verzameling uit het Antwerps Stedelijk Onderwijs (Nijverheidsschool), die in 1969 eveneens gered werden door Frison door ze onder te brengen in de dienst Groenvoorziening.
Op 10 september 1985 werd een vereniging zonder winstoogmerk opgericht: het Antwerps wetenschappelijk en industrieel erfgoed (AWIE). Zes beheerders werden aangesteld, met als voorzitter R. Baetens en ondergetekende als secretaris. AWIE organiseerde tal van activiteiten. Op 17 november 2004 werd de vzw AWIE ontbonden.
Baetens lag, samen met Erwin Joos, aan de basis van het ontstaan van het Red Star Line Museum in Antwerpen.
Baetens was lid van verschillende verenigingen waaronder:
- de Orde van den Prince, afdeling Plantiniana (6 jaar voorzitter),
- feitelijk lid Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde Antwerpen;
- de Provinciale Commissie van Monumenten en Landschappen;
- Wetenschappelijk Comité Maritieme Geschiedenis;
- Academische Kring Schoten;
- BENEV vzw;
- Nestoren.
Ten slotte dienen nog vermeld te worden: enerzijds zijn afgewerkte studie over het farmaceutisch bedrijf in Beerse van dr. Paul Janssen, die echter niet gepubliceerd werd, en anderzijds het onderzoek over de steenbakkerijen in de Rupelstreek, waaraan hij tot zijn overlijden werkte en dat onafgewerkt bleef.
Roland Baetens was gehuwd met Hilde De Boeck en had drie kinderen, zeven kleinkinderen en op datum van 2024, zes achterkleinkinderen.
em. prof. dr. Hendrik Deelstra, FFBD, UAntwerpen
30 september 2024