1928-2011
Marc Peetermans werd geboren op 6 januari 1928 te Antwerpen en overleed op 9 april 2011 in de Provence, Frankrijk.

Prof. dr. Marc Peetermans is de vader van de academische hematologie in Antwerpen en een van de stichtende figuren van deze discipline in Vlaanderen, België en Europa. Hij was ook een van de grondleggers van de geneeskunde aan de Universiteit Antwerpen en een vroege pionier van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen.
Bekwaamheid in de klinische hematologie
Marc Peetermans beëindigde zijn studies in de genees-, heel- en verloskunde in 1952 met onderscheiding aan de Université Libre de Bruxelles. Hij gaf de voorkeur aan deze instelling vanwege zijn vrijzinnige overtuiging; de Vrije Universiteit Brussel en de Universiteit Antwerpen bestonden toen nog niet. Kort nadien was hij actief in de inwendige geneeskunde in de ziekenhuizen verbonden aan het OCMW (Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn) Antwerpen, eerst het AZ Stuivenberg, nadien het AZ Middelheim. Hij wist een dubbele specialisatie te verwerven, zowel in de laboratoriumgeneeskunde, hetgeen vandaag bestempeld zou worden als deel uitmakend van de klinische biologie, en als internist in de inwendige geneeskunde. De specialiteit of bijzondere bekwaamheid in de klinische hematologie bestond toen nog niet, vandaar de specialisatie in de inwendige geneeskunde om gespecialiseerde zorg te kunnen verlenen aan hematologische patiënten. Vrij vroeg begon hij zich te interesseren voor de klinische hematologie en hij werd in 1965 afdelingshoofd hematologie in het AZ Middelheim. Hematologie is de leer van het bloed en van de bloedziekten en diagnosticeert en behandelt ziekten of aandoeningen, zoals leukemie of bloedkanker, lymfoom of lymfeklierkanker, anemie of bloedarmoede, bloedingsziekten zoals hemofilie. Het is in de schoot van de hematologie dat celtherapie ontstaan is, zoals bloedtransfusie, beenmerg- of stamceltransplantatie en cellulaire immunotherapie van kanker. Op research-gebied is het een van de meest dynamische disciplines in de geneeskunde en biomedische wetenschappen, waaruit talrijke nieuwe concepten ontwikkeld werden, zoals de stamcellen, de moleculaire basis van erfelijke ziekten en van kanker, gentherapie en de chemotherapeutische en doelgerichte behandelingen van kwaadaardige aandoeningen.
Eén van de grondleggers van de geneeskunde aan de Universiteit Antwerpen
Dr. Marc Peetermans begreep ook dat bloedtransfusie een belangrijke activiteit was in de hematologie en was vrij vroeg werkzaam in het Bloedtransfusiecentrum Antwerpen van de Dienst voor het Bloed van het Rode Kruis, dat oorspronkelijk gevestigd was aan de Belgiëlei in het centrum van de stad. Hij werd dan ook hoofdgeneesheer van het Bloedtransfusiecentrum Antwerpen. Jaren nadien liet hij een nieuw bloedtransfusiecentrum bouwen op het terrein van de Universitaire Instelling Antwerpen (UIA). De activiteiten van een bloedtransfusiecentrum zorgen ervoor dat bloedproducten zodanig klaargemaakt en getest worden dat zij op een veilige manier aan patiënten toegediend kunnen worden. Aangezien hematologie een discipline in wording was, vervolmaakte hij zijn kennis in de hematologie aan de Universiteit van Manchester in Engeland in 1958 en in 1960-1961. Hij had een grote nostalgie voor deze periode. In 1965 vervolmaakte hij zich door een cursus aan het Centre National de Transfusion Sanguine in Parijs, Frankrijk, waar hij de titel van Ancien Élève verkreeg.
Zijn bijzondere bekwaamheid in de hematologie maakte dat de stichtende vaders van de UIA hem aanstelden, eerst als geassocieerd docent in 1974, dan als docent in 1974-1975 en vervolgens als gewoon hoogleraar vanaf 1 oktober 1975. Deze aanstelling bleef hij houden tot aan zijn pensioen op 30 september 1993. Hij werkte met volle kracht en overtuiging aan de visionaire en baanbrekende opbouw van de UIA, toen al deel uitmakend van de Universiteit Antwerpen, als pluralistische instelling die het mogelijk maakte dat hij als vrijzinnige academicus kon samenwerken op een oprechte, vriendschappelijke en respectvolle manier met andere collega’s, gelovig of niet. Een andere grote realisatie van de UIA, was dat ze o.a. aan studenten geneeskunde de mogelijkheid bood om hun studie te beëindigen in Antwerpen. Mede dankzij de inspanningen van prof. Peetermans, kwam de eerste lichting geneesheren van de UIA uit in 1976. Ik behoorde tot de 4de lichting, die afstudeerde in 1979.
Het onderwijs van prof. Marc Peetermans aan de studenten geneeskunde omvatte lessen over hematologie en bloedtransfusie en stagebegeleiding. Hij verzorgde ook deze laatste vorm van klinisch onderwijs aan assistent-specialisten in opleiding in de inwendige geneeskunde en in de laboratorium-hematologie. Hij participeerde ook in belangrijke mate aan het bestuur van het departement Geneeskunde van de UIA, o.a. toen hij het voorzitterschap waarnam van de Raad voor Inwendige Geneeskunde (RIG), waar hij in de vroege jaren het organigram van de stageverdeling van de geneesheren-assistenten in opleiding met veel energie organiseerde. In de woorden van zijn collega- gewoon hoogleraar gastro-enterologie wijlen prof. dr. Yvan Van Maercke, was dit een titanenwerk.
In september 1979, ruilde prof. Peetermans zijn positie van afdelingshoofd hematologie in het AZ Middelheim in voor die van diensthoofd hematologie én hoofd van het klinisch laboratorium hematologie in het Academisch Ziekenhuis Antwerpen (AZA), waarvan de naam later veranderd werd in Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA). Hij richtte dus deze beide diensten op vanaf de eerste werkingsdag van het UZA op 3 september 1979. Het is op dat ogenblik dat ik me bij hem vervoegde in het allereerste begin van mijn periode als geneesheer-specialist in opleiding (de huidige term is assistent-specialist in opleiding) in de inwendige geneeskunde met bijzondere aandacht voor de klinische hematologie. Zo heb ik het voorrecht gehad om erbij geweest te zijn bij de stichting van het UZA en van de afdelingen hematologie en inwendige ziekten. Prof. Peetermans bouwde de verschillende entiteiten die hij leidde, verder uit, mede dankzij zijn luitenants, namelijk dr. Robrecht De Bock op de dienst klinische hematologie van het UZA, dr. Marc Van der Planken op het klinisch laboratorium hematologie van het UZA, en prof. dr. Ludo Muylle in het Bloedtransfusiecentrum Antwerpen.
De vier poten van de universitaire hematologie
Ik had prof. Peetermans eerder leren kennen in 1976 als student geneeskunde, nadat ik onder de indruk was gekomen van de lessen immunologie, die hij toen verzorgde. Ik ben hem toen gaan vinden om onderzoek te doen in zijn laboratorium en hij wees op de belangrijke interacties tussen de hematologie en de immunologie, iets wat tot de dag van vandaag van grote actualiteit blijft. Mijn oorspronkelijk werk in het laboratorium gebeurde mede onder de supervisie van prof. dr. Wim Stevens, die de discipline immunologie verder ontwikkelde en leidde, nadat prof. Peetermans eind jaren 1970 zich volledig wijdde aan de hematologie. Begin van de jaren 1980 stichtten hij, prof. dr. Dirk Van Bockstaele (die hij ondertussen gerecruteerd had om de flowcytometrie te ontwikkelen) en ikzelf het Laboratorium voor Experimentele Hematologie van de UIA. De visie van prof. Peetermans op de universitaire hematologie was dat die zoals een tafel is, die rust op 4 poten: de klinische dienst hematologie (waar hematologische aandoeningen worden gediagnosticeerd en behandeld), het klinisch laboratorium hematologie (waar de diagnoses worden gesteld aan de hand van bloed- en beenmergonderzoekingen), het bloedtransfusiecentrum (dat bloedproducten klaar maakt voor de patiënten) en het experimenteel laboratorium hematologie, waar basisonderzoek op gebied van bloed en bloedvorming wordt uitgevoerd. In de periode tussen 1979 en 1993 cumuleerde hij het leiderschap van deze 4 belangrijke entiteiten, zorgde hij ervoor dat er een coördinatie was tussen hun activiteiten in een Coördinatie-Eenheid Hematologie Bloedtransfusie (CEHB) en riep hij een stichting in het licht om hun wetenschappelijke activiteiten te ondersteunen, de Stichting ter Bevordering van Hematologie, Beenmergtransplantatie en Bloedtransfusie te Antwerpen (de HEBA-stichting). De fondsenwerving door deze stichting en via andere externe bronnen was noodzakelijk om o.a. het datacentrum hematologie te ondersteunen. Dit datacentrum werd in het leven geroepen door prof. Peetermans en zijn klinische medewerkers om innovatieve wetenschappelijke klinische studies binnen de dienst hematologie op te starten en nauwkeurig op te volgen. Ook hier maakte prof. Peetermans’ organisatorisch talent dit mogelijk, zodat wetenschappelijke vooruitgang geboekt kon worden in de behandeling van hematologische patiënten. In zijn dagelijkse klinische praktijk, was hij enorm begaan met zijn patiënten.
Prof. Peetermans zag heel vlug het belang in van beenmergtransplantatie (heden hematopoëtische stamceltransplantatie genoemd) voor de behandeling van sommige agressieve hematologische aandoeningen. Hij maakte het mogelijk dat al vanaf 1983 allogene en autologe beenmergtransplantaties uitgevoerd werden in het UZA en dit voor het eerst in de regio Antwerpen. Om dit te realiseren, regelde hij met het UZA dat er – en ook dit voor het eerst in de regio Antwerpen – klinische steriele kamers gebouwd werden om patiënten met verminderde afweer te huisvesten. Deze steriele kamers konden dus vanaf vrij vroeg na het ontstaan van het UZA in gebruik genomen worden om patiënten te behandelen die een langdurige daling vertonen van hun aantal witte bloedcellen, om hen voor hospitaalinfecties te beschermen. Dat omvatte patiënten die in behandeling waren voor acute leukemie en/of een stamceltransplantatie ondergingen. Om het stamceltransplantatieprogramma klinisch voor te bereiden, stuurde prof. Peetermans staflid dr. Guy Colpin uit naar het Academisch Ziekenhuis Leiden in Nederland (heden Leids Universitair Medisch Centrum genoemd), om alle finesses en noodwendigheden te beheersen, waardoor hematologische patiënten met succes vanaf 1983 deze behandeling op het UZA aangeboden konden krijgen. Om verschillende organisatorische redenen was het stamceltransplantatieprogramma aan het UZA gedurende lange jaren ook sterk verweven met het Bloedtransfusiecentrum Antwerpen. Een aantal patiënten moeten hum stamcellen ontvangen van geschikte onverwante donoren, die dikwijls slechts in het buitenland kunnen gevonden worden. Om die donoren te zoeken en te vinden, werd het Marrow Donor Program Belgium (MDPB) opgericht binnen het Belgische Rode Kruis. Prof. Marc Peetermans werd de secretaris-generaal van deze belangrijke organisatie.
Marc Peetermans begreep vanaf het begin het belang van wetenschappelijke vooruitgang door deel te nemen en ons aan te moedigen om te participeren aan wetenschappelijke vergaderingen, door ons aan te moedigen om de wetenschappelijke literatuur te volgen, door recente ontwikkelingen te implementeren in de dagelijkse praktijk, en door nieuwe kennis te genereren door eigen fundamenteel én klinisch-wetenschappelijk onderzoek te stimuleren. In de jaren 1970 – 1980, gingen we regelmatig naar de wetenschappelijke vergaderingen van de Nederlandse Vereniging voor Hematologie, die meermaals door Marc Peetermans in Antwerpen werden georganiseerd. Tegelijkertijd was er een roterende reeks van samenkomsten van hetgeen toen BALG genoemd werd, een acroniem voor Brussel – Antwerpen – Leuven – Gent, waar wetenschappelijke hematologische thema’s in de voornoemde verschillende universitaire instellingen werden georganiseerd. Later mondde dit uit in de Belgian Hematological Society (BHS, nu Belgian Hematology Society) die in 1988 werd opgericht en waarvan prof. Peetermans een van de stichtende leden was. Wij maakten ook deel uit van de Leukemia Cooperative Group van de European Organisation for Research and Treatment of Cancer (EORTC–LCG), waar wij in een Europees kader deelnamen aan de klinische studies voor de behandeling van kwaadaardige hematologische aandoeningen. De belangrijke participatie van prof. Peetermans aan deze activiteiten leidden ertoe dat het UZA een van de ’core members’ werd van deze belangrijke organisatie. Prof. Peetermans was auteur of coauteur van meer dan 100 wetenschappelijke artikels in de periode tussen 1955 en 2004. De doctoraten, waarvan hij de promotor was, behandelden onderwerpen met een belangrijke weerslag: immunologie van respiratoire aandoeningen (doctoraat Wim Stevens), flowcytometrie in de hematologie (doctoraat Dirk Van Bockstaele), culturen voor de beoordeling van de beenmergfunctie (doctoraat Zwi Berneman), belang van cytokines voor de regulatie van de bloedcelvorming (doctoraat Hans-Willem Snoeck) en voor de koortsreacties verwekt door bloedplaatjestransfusies (doctoraat Ludo Muylle).
Inspirator
Zijn innemende persoonlijkheid en zijn bijzondere belangstelling voor alle klinische en wetenschappelijke aspecten van de hematologie maakten dat prof. Peetermans veel collega’s inspireerde. Om maar een aantal te vernoemen met een latere prestigieuze universitaire carrière: emeritus prof. dr. Ben Van Camp, die gewoon hoogleraar hematologie werd aan de Vrije Universiteit Brussel en later rector werd van deze instelling; prof. dr. Filip Lardon, gewezen vice-rector en heden diensthoofd Centrum voor Oncologisch Onderzoek (CORE) én decaan van de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen van de Universiteit Antwerpen, begon zijn doctoraatswerk in het Laboratorium voor Experimentele Hematologie toen prof. Peetermans nog in functie was; prof. dr. Hans-Willem Snoeck, die ook doctoreerde aan dat laboratorium onder prof. Peetermans, is thans professor aan de Columbia University te New York in de VS. Marc Peetermans wist mij te overtuigen om de poging te wagen om mijn postdoctorale researchcarrière in de VS te verlaten en mij kandidaat te stellen voor zijn opvolging, hetgeen uiteindelijk gebeurde.
Marc Peetermans was zeer kritisch over zichzelf. Spijts het feit dat hij behoorde tot de generatie die gestalte heeft gegeven aan de hematologie, was hij was ook heel bescheiden over de mogelijkheden van de geneeskunde. Hij placht mij te zeggen dat mijn generatie pas het begin van de echte geneeskunde zou meemaken. Dit was natuurlijk een boutade maar daar zat wat waarheid in, en het is slechts mogelijk geworden dankzij de wegen die mensen zoals hij hebben geopend. Hij was vrijzinnig maar was tolerant voor andere overtuigingen en in die zin paste hij heel goed in het pluralistische concept van de UIA, die later opging in de Universiteit Antwerpen. Ook in dit opzicht waren hij, alsook de Universiteit Antwerpen, pioniers in de ontwikkeling van een model waar beoordeling gebeurde op basis van verdiensten en niet meer beïnvloed werd door filosofische overtuigingen. Hij had een titanische werkkracht en ik duizel nog als ik denk aan al zijn realisaties, om maar niet te spreken over de duizenden mensenlevens die hij heeft kunnen redden of verzachten. Hij had een zeer sterk plichtsbewustzijn. Hij vertelde mij ooit dat hij de mogelijkheid had gekregen om verder te gaan werken met Ernest Beutler, een van de grote pioniers van de hematologie in de Verenigde Staten, maar dat hij uiteindelijk beslist had om in Antwerpen te blijven om te ijveren voor de ontwikkeling van deze discipline op eigen bodem. Hij was een vechter voor de hematologische zaak en liet zich niet ontmoedigen door tegenslag. Hoewel hij overtuigd vrijzinnig was, vertelde hij mij dat hij dacht dat er zoiets was als de oneindigheid van de wetenschap.
Afscheid
Hij was getrouwd met Lea Nuyens, die in 2005 overleed aan kanker, en was de vader van twee kinderen, Joy en Jan. Zijn laatste jaren werden overschaduwd door het overlijden van zijn echtgenote en door een slepende ziekte. Ik zag hem het laatst een klein halfjaar voor zijn overlijden in de Provence, waar hij zich teruggetrokken had. Fysiek was hij sterk afgezwakt, maar zijn geest was intact en hij had niets verloren van zijn soms bijtende humor en van zijn kritisch perspectief. Voor mij was hij een vaderfiguur, mijn belangrijkste mentor en een van de belangrijkste invloeden op mijn leven. Hij was een van de twee officiële getuigen bij mijn huwelijk in het Stadhuis van Antwerpen, en uit erkentelijkheid gaf ik zijn voornaam aan mijn zoon. Ik zal hem nooit vergeten.
em. prof. dr. Zwi Berneman – FFGW UAntwerpen
25 november 2024